Tag Archief van: tips

3 tips voor de webteksten van SpaansLerenRegioLeiden.nl

Ik gaf 3 gratis tips voor de webteksten van Amy Suzanne van der Moore, van spaanslerenregioleiden.nl.

Ze was erg blij met mijn tips. En met haar toestemming mag ik ze hier met jullie delen. Hoewel ze over hĂĄĂĄr webteksten gaan, weet ik zeker dat jij er ook iets van kan opsteken.

Enjoy!

Inhoud:


Tip 1: Verander je tagline

Je tagline: die ene zin onder je logo, die je bezoekers vertelt wat ze op je website of bij jou kunnen doen. Nu is jouw tagline:

‘Leren is leuk – Aprender es un placer’

Nu mag dat zo zijn, dat leren leuk is. En de Spaanse zin is ongetwijfeld de vertaling ervan? Maar als tagline vind ik ‘m niet sterk. Want:

Deze tagline kan op heel veel websites geplaatst worden: overal waar je iets kunt leren. Ik zou ‘m zelfs kunnen gebruiken.

Wat je wilt, is een zin die concreet iets zegt over jĂłuw specifieke aanbod. Bijvoorbeeld:

‘Snel Spaans leren, voor volwassenen en kinderen’

Ben niet heel wild van deze hoor. Hij is wel duidelijk. Maar je kunt vast een betere bedenken, als je er even voor gaat zitten.


Tip 2: Maak je teksten toegankelijk met opmaak

Structuur en overzicht aanbrengen in je webteksten, is misschien wel even belangrijk als het schrijven zelf. Want daarmee maak je je pagina’s toegankelijk.

En dat ontbreekt nog op een aantal plekken op je website. Met name op je pagina ‘Reviews’:

Je hebt duidelijk vele, mooie reviews. Maar ze vallen nu een beetje weg door het gebrek aan opmaak. Anders gezegd:

Ik heb nu geen zin om ze te lezen, omdat ik daar teveel moeite voor moet doen. Ik zie nauwelijks waar de ene review eindigt en de andere begint.

Zet iedere review apart in een kader, bijvoorbeeld. Of zet er strepen tussen. Tussenkopjes desnoods. Maar maak het voor mij makkelijk om ze te lezen!


Tip 3: Maak van je homepage geen opsomming

Je homepage bevat alle ingrediënten voor een overtuigende pagina: duidelijk aanbod, aansprekende voordelen, reviews, etc.

Maar de pagina leest niet fijn. Deels heeft dat weer te maken met tip 2: ik mis de structuur. Want nu is je homepage Ă©Ă©n lange opsomming, met bijna voor iedere zin een voordeelvinkje. En bij sommige zinnen juist weer niet. WaarĂłm die juist geen vinkje krijgen, is dan weer niet duidelijk.

Het is misschien wel vooral de logica die ik mis. Wat je kunt doen: groepeer alle informatie die nu op je homepage staat. Bijvoorbeeld in:

  • Aanbod (cursussen, gratis les, etc.)
  • Doelgroep (beginner, gevorderd, etc.)
  • Voordelen (maatwerk, diverse werkvormen, etc.)
  • Onderbouwing (reviews, ervaring, etc.)

Maak dåårvan een goede indeling, en ga je homepage opnieuw opbouwen. Dat zorgt voor een hoop rust, overzicht en daardoor óók overtuigingskracht.

(O, en zet die 10 redenen om Spaans te leren op je blog. Op je homepage zijn die een beetje misplaatst…)

3 manieren om je webteksten te schrijven

Al 14 jaar schrijf ik webteksten. In die tijd leerde ik dat je dat op 3 manieren kunt doen. En ik beken: ik heb ze alle 3 beoefend, ook al is er maar Ă©Ă©n de juiste.

Je kunt webteksten schrijven:

  1. Voor Google
  2. Voor jezelf/je opdrachtgever
  3. Voor de doelgroep

Misschien kun je al raden welke ik als de enige juiste bestempel. Maar laten we op alle 3 even ingaan.

1. Webteksten schrijven voor Google

Bedrijven willen ‘bovenaan in Google’ komen. IederĂ©Ă©n wil dat. En we weten allemaal waar dat toe kan leiden: plofteksten. Niet volgestopt met voedsel zoals kippen, maar met ‘zoekwoorden’. Zoals dit:

Bakboek kopen?

Bakboek kopen bij de grootste bakboekenwinkel van Nederland? Dat kan! Want met een bakboek kopen bak je beter. Als je geen bakboek kopen zou, mislukken al je baksels. Geen bakboek kopen = misbaksels bakken dus (haha). Maar waar moet je dan zijn als je een bakboek kopen wil? Nou, hier: bij bakboek-kopen.nl!

Werken dit soort teksten om hoge posities in Google te krijgen? Who cares? Want zelfs ĂĄls ze werken, hoe hard hollen bezoekers weg als ze die teksten zien? Juist.

Maar heel eerlijk: ja, ook ik heb teksten voor Google geschreven. Jeugdzonde. 😔

2. Webteksten schrijven voor jezelf/de opdrachtgever

Deze ligt het meest voor de hand: je schrijft de teksten waar je opdrachtgever blij mee is. (En dat kun je dus ook zelf zijn, die opdrachtgever.)

Dit is ook de makkelijkste manier om webteksten te schrijven. Want je hoeft alleen maar aan je opdrachtgever te vragen: ‘Wat wil je op je website zetten?’ En dat vervolgens neerpennen. Eitje.

Want zzp of mkb, groot-mkb of multinational, vaak willen ze maar Ă©Ă©n ding: ‘zichzelf herkennen’ in de webteksten. De website als spiegel van de eigenaar.

Alles is goed, zolang het maar gaat over hĂșn visie, hĂșn missie, hĂșn diensten en producten, hĂșn enthousiasme
eigenlijk moet hun website gewoon Ă©Ă©n lange ‘over mij/ons’-pagina worden.

Het mag ook allemaal vooral niet te concreet worden; lekker veilig blijven hangen in abstractheden, nergens kwetsbaar zijn. Beweren dat ‘kwaliteit hoog in het vaandel’ staat is al gedurfd genoeg


Ik geef het grif toe: vóór Waardevolle Webteksten (2013) schreef ik veel te vaak dit soort webteksten. 😕

3. Webteksten schrijven voor de doelgroep

Opdrachtgevers stellen vaak vooraf allerlei eisen aan de webteksten die ik voor ze ga schrijven: “Ik wil niet te veel tekst/pagina’s op mijn website. Het moet zo kort mogelijk. Etc.” Mijn antwoord: “Daar ga jij helemaal niet over. Want ik schrijf geen webteksten voor jou. Ik schrijf webteksten voor je doelgroep.”

‘Jouw’ website? Die is helemaal niet van jou. Die is van je bezoekers. Zij bepalen wat je op je website zet. Zij moeten zichzelf herkennen. In elk woord. Elk voordeel. Elk argument waarmee je hen wilt overtuigen voor jou te kiezen.

Leer je doelgroep kennen. Weet wat zij willen lezen. Wat ze belangrijk vinden aan je dienst of product. Welke woorden ze gebruiken. Etc. Stem dĂĄĂĄr vervolgens je webteksten op af. En de grap is:

Als je zĂł webteksten schrijft, schrijf je automatisch de beste teksten voor Google (want doelgroepgericht = Google-gericht) Ă©n je opdrachtgever (want die gaat meer verdienen via zijn/haar website). Iedereen blij! 😄

SEO-teksten schrijven: Ă©Ă©n tijdloze tip

Dus jij wilt zelf SEO-teksten leren schrijven? Grote kans dat je je dan afvraagt:

‘Wat zijn de actuele regels anno 2019?’

Want velen denken dat die regels ieder jaar veranderen. Welnu, ik heb nieuws voor je (en wellicht een geruststelling): 2018, 2019, 2025, 2055, 3999 – het jaartal maakt geen moer uit.

Goede SEO-teksten hebben Ă©Ă©n eigenschap die ze tijdloos maken. Om die te begrijpen, moeten we eerst een andere vraag beantwoorden:

Wat zijn SEO-teksten eigenlijk?

NIET ‘teksten voor Google’.

NIET teksten die ‘zoekwoorden’ bevatten.

NIET iets om ‘bovenaan in zoekmachines te komen’.

Nee:

Een Ă©chte SEO-tekst is de woordelijke personificatie van je doelgroep. Letterlijk je doelgroep vertaald naar tekst. Met een goede positie in zoekmachines als logisch resultaat daarvan. En niet als doel op zich.

Ooit gehoord dat je ‘vanuit je doelgroep’ en ‘in de taal van je doelgroep’ moet schrijven? Geen enkele andere schrijfmethode komt daar zó dichtbij als schrijven op basis van SEO.

Dus die tijdloze tip is (*tromgeroffel*):

Vertaal het zoekgedrag van je doelgroep naar de ultieme doelgroepgerichte tekst.

Inderdaad: dat gaat héél wat verder dan een paar zoekwoordjes in je tekst verwerken (zoals SEO-teksten schrijven nog te vaak gezien wordt).

Jamaar, hoe doe je dat dan? Dit schreeuwt om een

Voorbeeld

Stel, je bent dé specialist op het gebied van voetschimmel. Jawel, voetschimmel. En je wilt een artikel schrijven over de besmettelijkheid van deze aandoening. Wat ga je dan in je artikel zetten?

HĂ©, jij bent de specialist. Dus je schudt de tekst zo ff uit je mouw, ja toch? Nee dus. Want:

Veel mensen krijgen voetschimmel. En die vragen zich af: is het besmettelijk? Een goed deel van die mensen stellen deze vraag aan Google. Maar die groep vragenstellers is niet homogeen. Anders gezegd:

Niet iedereen stelt de vraag ‘is voetschimmel besmettelijk’ op dezelfde manier. Bij velen spelen er specifieke kwesties. Daar kom je achter als je de zoekvraag invult en de suggesties die Google geeft bekijkt:

Wat kunnen we hieruit afleiden? Best veel, eigenlijk:

  • Het gaat de vragensteller veelal niet om de angst anderen te besmetten, maar om zichzelf verder te besmetten (‘andere lichaamsdelen’, ‘voor handen’)
  • Er zijn ouders die bang zijn hun baby te besmetten (‘voor baby’)
  • De achterliggende reden van iedere zoekvraag over ‘voetschimmel besmettelijk’ (‘voorkomen’)
  • Sommigen formuleren alvast het gewenste antwoord (‘niet besmettelijk’). Het maakt niet uit of dit het antwoord daadwerkelijk is; zolang je deze vraag maar expliciet beantwoordt.

Hoe moet je hier nu naar kijken? Nou:

  • In de Google-zoekbalk staat het onderwerp van je tekst, of de benaming van je product of dienst
  • De suggesties die Google toont – de aanvullingen op de zoekterm – zijn de vragen die (on)bewust in het (achter)hoofd van je doelgroep spelen

(Natuurlijk zijn er nog veel meer suggesties. Wat je in het voorbeeld ziet, is slechts het topje van de ijsberg als het om de zoekterm ‘voetschimmel besmettelijk’ gaat. Een complete zoekwoordenanalyse ziet er heel anders uit.)

Wat moet je ermee? Simpel:
Beantwoord die aanvullende vragen – ja, allemaal – en je bedient je doelgroep op z’n wenken. Het enige wat je moet doen, is een logische tekststructuur bedenken waarin je al die vragen en antwoorden kwijt kunt.

O, en gebruik de woorden die je vindt letterlijk, en de woordcombinaties zo 1-op-1 mogelijk. De taal van je doelgroep, weet je nog?

Negeer jij het zoekgedrag van je doelgroep?

Omdat je liever teksten schrijft die in de eerste plaats “origineel, inspirerend en verrassend” zijn?

Dan heb je geen respect voor je doelgroep. Dan negeer je hun behoeftes en verlangens. Dan schrijf je alleen voor jezelf.

Ook prima. Maar schrijf dan een roman. Of een dichtbundel. Of in je dagboek. Maar geen teksten voor marketingdoeleinden. En al helemaal geen SEO-teksten. (Ja, klinkt bot, maar het Ă­s zo.)

Waarom deze tip tijdloos is

Hoe Google z’n algoritme ook aanpast; welke ‘SEO-trucjes’ er nu ook zijn en in de toekomst nog gaan komen; wat ik hierboven beschrijf verandert nooit zolang er zoekmachines bestaan:

Jouw klanten stellen vragen online. Vragen over zaken waar jij expert in bent. Die vragen kan jij (laten of leren) achterhalen. Om er vervolgens ragfijn op in te spelen.

En als jij het niet doet, doet je concurrent dat wel…


PS: als je nu denkt dat SEO-teksten niet origineel, inspirerend en verrassend kunnen zijn, zit je ernaast. Vond jij mijn tip bijvoorbeeld origineel of verrassend? En dit artikel origineel? Welnu, je las zojuist een SEO-tekst. HĂ©, je bent SEO-tekstschrijver of niet, hĂš? 😉


Wat zet je in je homepage-titel?

HĂ©, ondernemer, je kop staat me niet aan!

Nee, nee, ga nou niet weg. Ik wil je niet beledigen. Het gaat me om de kop van je homepage. Wat zet je dĂĄĂĄr nou eigenlijk in?

Want je homepage-titel, dat is zo’n beetje de belangrijkste webtekst op je hele website. Ga maar na: je homepage is de voordeur. Een groot deel van je bezoekers komt op die manier binnen (kijk je Analytics er maar eens op na). Dus het bordje wat op die deur hangt, dóet ertoe.

Helaas, bij de meeste ondernemers gaat het dĂĄĂĄr al mis. Dat wil ik eerst even laten zien, met:

De 3 meestgemaakte fouten in de homepage-titel

1. Welkom
Mijn allereerste artikel op dit blog – we schrijven augustus 2013 – ging hier al over. En ik was absoluut niet de eerste die erover schreef. Maar nog steeds komen we welkom werkelijk overal online tegen:

Welkom op mijn website!

Waaróm ‘welkom’ geen goed idee is? Lees dat eerste artikel van mij. Dan weet je het.

2. Home
Simpelweg ‘Home’ als titel is nog nietszeggender dan ‘welkom’. Ook deze zie ik nog tĂ© vaak:

3. Creativiteit
Huh? Creativiteit een fout? Jazeker, wanneer die gaat ten koste van duidelijkheid. Je homepage-titel is geen slogan. Nogmaals: het moet direct duidelijk maken wie of wat je bent. Dus laat je bezoekers niet nadenken!

Enkele ‘creatieve’ of zogenaamd ‘pakkende’ titels die ik tegenkwam:

  • ‘Do less with more focus’
  • ‘Brengt tekst tot leven’
  • ‘Laat je bedrijf opstijgen’

Eerlijk: weet jij nu met wie of wat je te maken hebt? Alleen de middelste: dat zal vast een tekstschrijver of tekstbureau zijn. Maar is het nou een tekstschrijver of tekstbureau?

Wat je dan wél in je homepage-titel moet zetten

Heel simpel: wie of wat ben je? Zo specifiek mogelijk, in maximaal 6 ĂĄ 7 woorden. Bijvoorbeeld:

  • Een CV-monteur in Den Haag
  • Een SEO-tekstschrijver in Amsterdam
  • Een platform voor beginnende ZZP’ers
  • Een business coach voor het MKB
  • Een administratiekantoor voor multinationals

Echt waar: simpelweg deze aanduidingen als kop gebruiken is – hoewel hartstikke sáái – veel duidelijker voor je bezoekers.

En niet alleen voor je bezoekers: óók voor zoekmachines! Want geloof me, je doelgroep gebruikt deze hele simpele, specifieke termen om naar jóu te zoeken online. Oftewel: je wordt er vindbaarder van.

Nu jij:

Kijk eens naar je eigen kop. Uhm, die van je homepage dus. Reflecteer op wat het je bezoekers vertelt. Vraag je af of ze bij de eerste indruk (toch een hele belangrijke) direct zien of jij de oplossing voor hun probleem hebt.

Neem de title-challenge: deel jóuw huidige homepage-titel hieronder. Je mag er direct een nieuwe, verbeterde bijzetten. En anders verzin ik ‘m voor je. Gratis! 😃


Vergeet je visie (tenzij het je vissie is)

Een pagina waar ik altijd een beetje droevig van word: de ‘missie en visie’-pagina. Vooral die op websites van grote bedrijven. Ik vraag je: wie lĂ©Ă©st dat? (Wat? JIJ?! Er is iets mis met je, dan. Serieus.)

Kijk, ik kan me voorstellen dat een missie en visie (met bijbehorende strategie) intern heel belangrijk is. Alle neuzen dezelfde kant op. Gezamenlijke afstemming om optimale customer value handen en voeten te geven. Synergie creëren. En meer van dat soort managers-blabla.

Maar waarom, o waarom, willen bedrijven dat zo graag delen met de rest van de wereld? Waarom kunnen ze het niet gewoon uitdragen?

(Eigenlijk wilde ik dit artikel ‘mieter op met je missie, fuck je visie’ noemen. Die titel verwoordt mijn gevoel beter. Maar ik vond ‘m iets te heftig voor mijn comeback-blog. Waar dat vissie dan vandaan komt? Lees verder en je weet het
)

“Zijn die ‘missie en visie’-pagina’s dan echt zo erg, Arjan?”

Ja. Laat het me showen, in plaats van vertellen (precies wat bedrijven ook zouden moeten doen met hun missie en visie):

Vertel mij: hoeveel van wat hier beschreven is a) begrijp je en b) is voor jou relevant als je iets wilt van deze organisatie?

O ja: als er over missie en visie gesproken wordt, zijn ‘kernwaarden’ en ‘DNA’ nooit ver weg. Hoe zouden ze dat nou doen, die kernwaarden in dat DNA krijgen…?

Je zou d’r maar werken, een bedrijf dat als missie heeft om jou te dwingen intiem te zijn met cliĂ«nten…

Kort. Krachtig. Nog steeds nietszeggend.

Dit bedrijf ‘wil’ heel veel. Maar hoe ze dat willen bereiken is abstract Ăłf niet onderscheidend. Wat heb ik eraan dat zij ‘voorop lopen’ of ‘duurzame producten’ leveren? Wat is ‘operational excellence’ en ‘superieure toegevoegde waarde’?

Natuurlijk, het is belangrijk dat je als ondernemer, als bedrijf, weet waar je voor staat. Wat je wilt bereiken. En hoe je dat wilt doen. Dus formuleer dat. Voor jezelf. Maar (en dit is een héél belangrijke maar) zet dat niet zo op je website. Niet voordat je het vertaalt:

Vertaal je missie en visie in klantvoordelen en onderscheidend vermogen

Doordrenk je webteksten ermee. En bewijs het. Laat zien dat wat je wilt en waar je voor staat, ook daadwerkelijk leidt tot meerwaarde voor je klanten.

“Duidelijk. Maar hoe zit dat dan met dat vissie?”

O ja. Bijna vergeten.

Nou, er is Ă©Ă©n uitzondering op alles wat ik hierboven zeg: als je geen ‘missie en visie’ hebt, maar een ‘missie en vissie’. Zet het dan van harte op je website. Want met die verschrijving win je direct mijn sympathie:

Oh shut up. You had me at ‘vissie’.

Helaas volgt de tekst de titel niet op; ik wil gewoon weten hoe het met dat vissie zit!

Ik vind dat Gods plan vooral zou moeten zijn om meer vissies op de wereld te zetten. We hebben meer vissies nodig!

Verkocht! Wanneer kan ik met de rijlessen beginnen…?

Ook een goede naam voor een vis, trouwens: Missie Vissie. X’D

Conclusie:

Je hebt Ă©cht geen ‘missie & visie’-pagina nodig. Maar wel een vissie. Zie hier:

Vissie! :-D

Wat is clickbait? De betekenis zal je verbazen!

Of je nu weet wat clickbait is of niet, ook jij bent erin getrapt. Meerdere keren. Net als ik en iedereen die je kent.

Vertel me maar eens of dit herkenbaar is:

  • “Je gelooft nooit wat ze hebben bedacht”
  • “Wat iedere ondernemer MOET weten”
  • “15.000 euro per maand vanaf je laptop”

Je struikelt erover

Op Facebook:

Clickbait van 3FM. Geen wonder dat ze luisteraars verliezen. ;-)

Clickbait van 3FM. Geen wonder dat ze luisteraars verliezen. 😉

Op sites als wtf.nl:

Bizar, onze hang naar ramptoerisme

Bizar inderdaad, onze hang naar ramptoerisme

En lees de titel van dit stuk nog maar eens. Klassiek clickbait. Ben je nu inderdaad verbaasd, zoals ik je beloofde? Niet, hÚ? En daar was je eigenlijk al bang voor. Want:

Wat is de (gangbare) definitie van clickbait?

“Een link naar een artikel op internet dat een titel draagt die opvallend is, nieuwsgierigheid opwekt, vaak overdreven is en meestal controversieel, zodat er zo veel mogelijk lezers op zullen klikken.”

(Bron: https://www.ensie.nl/stephan-lam/clickbait)

Zelfs mijn favoriete blad Onze Taal besteedde er deze maand aandacht aan. Hun definitie is korter en scherper:

“nieuwsberichten met titels die allĂ©Ă©n maar bedoeld zijn om zo veel mogelijk mensen door te laten klikken”

Sleutelwoorden: “allĂ©Ă©n maar”. Want het gaat inderdaad slechts om je klik.

Websites die clickbait inzetten mikken genadeloos op je nieuwsgierige aard. Om je vervolgens als een baksteen te laten vallen nadat ze van je hebben wat ze hebben willen:

Na de klik word je voornamelijk overstelpt door advertenties

– en een zwak artikel, want de inhoud is slechts bijzaak. Het gaat om de paar centen die zij krijgen wanneer jij op reclame klikt.

Een internet-wet is: genereer genoeg bezoek, en gij zult reclame-inkomsten delven. Er is altijd een klein percentage bezoekers dat doorklikt.

Zo maken veel websites je – tegen je wil – onderdeel van hun passiefinkomsten-model. Niet gek dat je je niet alleen belazerd, maar ook gebruikt voelt.

Facebook strijdt inmiddels actief tegen clickbait. Evenals Blendle, liet ik me vertellen door Onze Taal.

Ja, ook ik maak me schuldig aan clickbait

Scherp in m’n geheugen staat een artikel dat ik 2,5 jaar geleden publiceerde. De titel luidde:

“2.790.000 webtekstblunders die je na dit artikel nooit meer maakt”

Een belofte die ik nooit kon waarmaken; het waren er in werkelijkheid maar 13. (Het miljoenen-getal verwees naar het aantal keer dat de grootste webtekstblunder op internet gebruikt werd.)

Maar ik moest nog naam maken, dus gebruikte ik deze titel om mensen schaamteloos naar m’n blog te lokken. Een reactie van een teleurgestelde lezer liet niet lang op zich wachten. Blogautoriteit Kitty Kilian schreef me:

“Dat kan niet. Dat is mensen binnenhalen met een zeppelin en ze afschepen met een ballon. Doe het nog een keer en je bent alle lezers kwijt.”

Ik probeerde nog:

“Ik reken erop dat het getal zo belachelijk hoog is, dat niemand het serieus neemt en een grap verwacht.”

Maar Kitty was onvergeeflijk:

“Natuurlijk verwacht je een grap.  Maar het is geen GOEDE grap.”

Ouch. Krijgt m’n vrouw tóch weer gelijk (“Jij hebt geen humor, schat”). Damn.

Nee, Kitty had gelijk. (Ik heb namelijk wél humor. Heus!) Mijn intenties waren oprecht genoeg. Maar de grap was flauw, té flauw om de hyperbool in mijn titel te rechtvaardigen.

Desalniettemin:

Ik raad je aan clickbait in te zetten voor je Ă©igen website

‘Huh? Maar je schreef toch net dat clickbait slecht is?’ (Ha! Ben je tóch nog verbaasd. ;-))

Wat je er ook van vindt:

Clickbait-titels zijn de effectiefste webteksten die internet rijk is – of arm, zo je wilt. Het punt is:

Ook jij hebt online te maken met talloze concurrenten. Ze zijn met jou in gevecht – een gevecht om de aandacht van bezoekers.

Het is essentieel dat je opvalt

Titels, geschreven volgens clickbait-technieken, zorgen daarvoor.

Ik leer mijn cursisten dan ook die technieken te gebruiken. Ik zou wel gek zijn dit deel copywriting over te slaan, gezien de effectiviteit ervan. En dus komt regelmatig de weerstand, verpakt in een vraag:

‘Dit is toch gewoon clickbait?’

Gewoon? Nee, niet gewoon. Althans, dat bepaal je zélf. Kijk:

Clickbait kampt met een slechte naam. En dat is begrijpelijk. Maar jij kunt de term herdefiniëren.

Zorg voor 2 dingen als je clickbait-technieken gebruikt:

  • Maak je belofte concreet
    Dus geen vage bewoordingen als ‘Dit is te gek voor woorden’ (wat Ăłveral op kan slaan). Juist dan vertrouwt je potentiĂ«le bezoeker het niet, en is de kans hoog dat de klik uitblijft. Laat je lezer op z’n minst weten waar je artikel over gĂĄĂĄt.
  • Maak je belofte waar
    Geef je lezers een artikel waar de kwaliteit van afdruipt. Zorg dat ze jouw verleidelijke titels gaan vertrouwen, omdat ze jĂłu vertrouwen. Maak naam als gulle gever, goede schrijver.

Onze Taal stelt:

“Clickbait staat voor extreme oppervlakkigheid”

Maar dat geldt nooit voor jĂłuw artikelen.

Dus schrijf die ontiegelijk prikkelende titel voor je blog-artikel, Facebook-post of mailing. Maar schrijf éérst dat kwaliteitsartikel dat erachter schuilt.

Geef je lezers oprecht iets van waarde

Doe dat, en dan is er absoluut niets mis met clickbait. En kun je rustig dit soort titels inzetten om bezoekers te verleiden:

Nu jij. :-)

23 conversie-killende webtekstblunders

In 2014 publiceerde ik 2 artikelen met veelgemaakte webtekstblunders. In dit artikel heb ik ze alle 23 samengebundeld (en ietwat geactualiseerd). Mede met dank aan alle inzenders van tĂłen.

Welke maak jij zelf?

Geef je webteksten de kracht van herhaling

‘Ik lees steeds hetzelfde in de webteksten. Dat is toch overbodig?’ 

Bovenstaande feedback krijg ik vaak van mijn opdrachtgevers. Logisch, want ik herhaal belangrijke informatie en argumenten op verschillende pagina’s van hun website.

Maar die herhaling is allerminst overbodig. Sterker:

Herhaling in je webteksten is ontzettend zinvol

Noodzakelijk, zelfs.

Want waar zit de denkfout? Juist: in de aanname dat bezoekers je website lezen als een boek of brochure. Dat doen ze gewoon niet. Ze beginnen niet op je homepage, om vervolgens geduldig al je verkooppagina’s te lezen, en via je ‘Over’ pas te stoppen bij de laatste letter van je ‘Contact’-pagina.

Er is maar Ă©Ă©n type bezoeker dat je website van A tot Z leest: robots van zoekmachines. Die pluizen werkelijk elke letter in elke uithoek van je website uit. Zo bepalen ze waar je webteksten over gĂĄĂĄn. Om je webpagina’s vindbaar te maken.

Veel bezoekers komen niet eens binnen op je homepage. Die landen via Google direct op bijvoorbeeld een productpagina. Stel nu dat je je krachtigste argumenten slechts op één pagina noemt. Dan missen veel van je bezoekers die. En hebben ze minder reden om voor jou te kiezen.

Weg verkoop. Bovendien:

Herhaling geeft kracht aan je boodschap

‘De kracht van herhaling.’ Dat is geen mythe. Die kracht bestáát.

Het is zelfs een bekend marketingprincipe: de wet van 7 contactmomenten. Die stelt het volgende: potentiële klanten moeten ongeveer 7 keer met je boodschap in aanraking komen. Pas dan onthouden ze je, pas dan besluiten ze tot aankoop over te gaan.

Als bezoekers consistent op verschillende plekken dezelfde argumenten tegenkomen, komt het tussen hun oren. Je boodschap wint aan overtuigingskracht.

Herhaling, herhaling, herhaling

Stop het in je webteksten. En ik bedoel natuurlijk niet dat je teksten letterlijk moet kopiëren en plakken. Verpak de informatie steeds op verschillende manieren: verschillende vormen en bewoordingen.

Dit is een belangrijke boodschap. Ik wil dat je ‘m goed tussen je oren krijgt. Daarom heb ik ‘m op een wandtegeltje gezet. Kun je zĂł ophangen op kantoor. Je ziet direct hoe je dezelfde boodschap op verschillende manieren kan brengen:

herhaling-in-webteksten

😉

Het meest onleesbare blogartikel ooit Dit artikel lees je niet uit. Gegarandeerd. Omdat ik het geschreven heb zoals vele webteksten – in meer of mindere mate – ook geschreven zijn. Nou, je hebt ‘m nu wel door, hĂš? Dit artikel bevat geen enkele structuur. En dus is de leesbaarheid nihil. Webteksten moeten scanbaar zijn Omdat je bezoeker echt niet van A tot Z jouw verkoopverhaal gaat lezen. Hij heeft wel wat beters te doen. Hij is heus wel een bĂ©Ă©tje van goede wil: hij komt immers voor een oplossing van een probleem waar ‘ie mee zit. Hij geeft je in ieder geval een paar seconden. Een paar seconden om te bewijzen dat jij de juiste partij bent voor die oplossing. Dus hij gaat je website scannen. Hij zoekt visuele ankers: woorden, zinsdelen en andere elementen met afwijkende opmaak. Belangrijke punten waarop het oog even blijft hangen. Zorg dus voor visuele ankers: Alinea’s Witregels Titels en tussenkoppen Opsommingen Vetgedrukte woorden en zinsdelen Plaatjes Met deze middelen geef je je lezer houvast. Legioenen websites geven die houvast niet Veel ondernemers prakken hun webteksten lekker ongestructureerd op hun website. Impliciet zeggen zij tegen de bezoeker: ‘En nou lekker lezen! Ga maar heel veel moeite voor mij doen.’ En de bezoeker zegt op zijn beurt: ‘Ja dĂłei! JĂ­j moet moeite doen voor mĂ­j.’ En hij heeft groot gelijk. Net als jij. Groot gelijk dat je allang dĂłei hebt gezegd tegen dit artikel. Ik schrijf nu voor spek en bonen Geen enkele zichzelf respecterende internetgebruiker die de moeite neemt honderden woorden te lezen die achter elkaar zijn geplakt, zonder enig houvast. Of ben je er nog? Ben je me zĂł van goede wil dat je tot hier bent gekomen? Dan kan ik alleen maar mijn oprechte dankbaarheid uitspreken. Dan heb ik blijkbaar veel krediet bij je opgebouwd. Hieronder krijg je hetzelfde artikel Maar dan met alle toeters en bellen: gestructureerd. Scanbaar. Bezoekersvriendelijk, dus. Gewoon, voor het contrast. Denk je dat dit artikel over the top is? Zeker. ZĂł bont kom je het niet vaak tegen. Maar sommige websites komen gevaarlijk dicht in de buurt. Kijk onderaan maar eens naar wat voorbeelden die ik verzamelde. Niet om deze bedrijven voor gek te zetten, maar om ze te helpen. Als je er nog bent: mijn oprechte dank voor het geduld. Maar onthoud: de gemiddelde bezoeker van jouw website heeft dat geduld absoluut niet



Het meest onleesbare blogartikel ooit

meest-onleesbare-blogartikel-ooit

Dit artikel lees je niet uit. Gegarandeerd. Omdat ik het geschreven heb zoals vele webteksten – in meer of mindere mate – ook geschreven zijn.

Nou, je hebt ‘m nu wel door, hù? Dit artikel bevat geen enkele structuur. En dus is de leesbaarheid nihil.

Webteksten moeten scanbaar zijn

Omdat je bezoeker echt niet van A tot Z jouw verkoopverhaal gaat lezen. Hij heeft wel wat beters te doen.

Hij is heus wel een bĂ©Ă©tje van goede wil: hij komt immers voor een oplossing van een probleem waar ‘ie mee zit. Hij geeft je in ieder geval een paar seconden. Een paar seconden om te bewijzen dat jij de juiste partij bent voor die oplossing.

Dus hij gaat je website scannen.

Hij zoekt visuele ankers: woorden, zinsdelen en andere elementen met afwijkende opmaak. Belangrijke punten waarop het oog even blijft hangen.

Zorg dus voor visuele ankers:

  • Alinea’s
  • Witregels
  • Titels en tussenkoppen
  • Opsommingen
  • Vetgedrukte woorden en zinsdelen
  • Plaatjes

Met deze middelen geef je je lezer houvast.

Legioenen websites geven die houvast niet

Veel ondernemers prakken hun webteksten lekker ongestructureerd op hun website.

Impliciet zeggen zij tegen de bezoeker: ‘En nou lekker lezen! Ga maar heel veel moeite voor mij doen.’

En de bezoeker zegt op zijn beurt: ‘Ja dĂłei! JĂ­j moet moeite doen voor mĂ­j.’

En hij heeft groot gelijk. Net als jij. Groot gelijk dat je allang dóei hebt gezegd tegen dit artikel.

Ik schrijf nu voor spek en bonen

Geen enkele zichzelf respecterende internetgebruiker die de moeite neemt honderden woorden te lezen die achter elkaar zijn geplakt, zonder enig houvast.

Of ben je er nog?

Ben je me zĂł van goede wil dat je tot hier bent gekomen? Dan kan ik alleen maar mijn oprechte dankbaarheid uitspreken. Dan heb ik blijkbaar veel krediet bij je opgebouwd.

Hieronder krijg je hetzelfde artikel

Maar dan met alle toeters en bellen: gestructureerd. Scanbaar. Bezoekersvriendelijk, dus. Gewoon, voor het contrast.

Denk je dat dit artikel over the top is?

Zeker. Zó bont kom je het niet vaak tegen. Maar sommige websites komen gevaarlijk dicht in de buurt. Kijk onderaan maar eens naar wat voorbeelden die ik verzamelde. Niet om deze bedrijven voor gek te zetten, maar om ze te helpen.

Als je er nog bent: mijn oprechte dank voor het geduld. Maar onthoud: de gemiddelde bezoeker van jouw website heeft dat geduld absoluut niet



 

Structuurloze webtekst

Toegegeven: er is een titel, en je kunt een alinea-indeling onderscheiden. Maar zonder witregels heeft zo’n indeling geen nut.

 

Wel witregels. Maar geen titel of pakkende tussenkoppen. Dat stoort.

Wel witregels. Maar geen titel of pakkende tussenkoppen. Dat stoort.

 

Lap tekst

Nog zo’n lap tekst. Zelfs als je specifiek op zoek bent naar de besproken methode, is lezen onaantrekkelijk.

 

Er is een soort opsomming, maar zonder opsommingstekens gaat het effect grotendeels verloren.

Er is een soort opsomming, maar zonder opsommingstekens gaat het effect grotendeels verloren.

 

Ook bij korte teksten kan structuurloosheid voor gemiste kansen zorgen.

Ook bij korte teksten kan structuurloosheid voor gemiste kansen zorgen. Dit bedrijf heeft namelijk een duidelijke specialisatie: adviseren over Oracle-licenties. Jammer dat ze daar niets mee doen in een sterke titel. Of minimaal door die woorden vetgedrukt te maken. Slechts héél weinig websites maken trouwens gebruik van vetgedrukte woorden en zinsdelen.

Hoe staat het met je eigen webteksten?

Zijn die scanbaar genoeg? Zo niet, heb je nu houvast om daar iets aan te doen. Houvast. Een mooi cadeau. Geef het door aan je bezoekers.

Wat je van een 2-jarige kunt leren over online vindbaarheid :-)

Ooit verstoppertje gespeeld met een 2-jarige? Geniaal: óf ze verstoppen zich midden in de kamer, óf ze roepen ‘Hier ben ik!’ voordat je goed en wel was begonnen met zoeken. XD

Zo ongeveer, dus:

"Papa vindt me nóóit...!"

“Papa vindt me nóóit…!”

Voor ons website-eigenaren schuilt wijsheid in de manier waarop kleuters het spelletje spelen: het gaat bij verstoppertje helemaal niet om onvindbaar te zijn.

Het gaat om gevonden worden

Tom Waits begreep dat ook, toen hij het hartverscheurende lied ‘Georgia Lee’ schreef:

“Close your eyes and count to ten
I will go and hide but then
Be sure to find me. I want you to find me
And we’ll play all over
We will play all over again”

Verstoppen met tegenzin. Want stel je voor dat je nĂ­et gevonden wordt. Dan ben je verloren.

Als het om je website gaat een waarheid als een koe:

Onvindbaar zijn is geen optie. Gevonden worden door je potentiële klanten, dåår gaat het om. Via Google, uiteraard. Maar daar begint het pas!

Prachtig, natuurlijk, als de ene na de andere bezoeker je website vindt via zoekmachines (of langs andere weg). Gratis bezoek. Gratis kans op klanten.

Maar wat gebeurt er nådat bezoekers op je website komen? Kunnen ze dån vinden:

  • Hoe je (bedrijf) heet?
  • Wat je hen te bieden hebt?
  • Of jij hun probleem kunt oplossen?
  • Waarom jij de allerbeste keuze bent?

Kortom: kunnen ze jĂłu vinden op je website? Verstop je je als een 2-jarige?

Veel ondernemers maken het hun bezoekers niet makkelijk

Vast niet met opzet, hoewel dat soms bijna niet te geloven is.

Op de een of andere manier houden bedrijven ervan: verstoppertje spelen met hun online bezoekers. Potentiële klant na potentiële klant haakt af, want datgene wat ze zoeken, vinden ze niet. En dus zijn zij verloren (zowel de ondernemer als de bezoeker).

Ik heb zelf eens gezocht, en vond:

5 effectieve manieren om verstoppertje te spelen met je bezoekers:

  1. Je website zo onvindbaar mogelijk maken
  2. Hardnekkig niet noemen of vaag zijn over wat je biedt
  3. Nergens duidelijk je Unique Selling Points vermelden
  4. Vooral niet duidelijk vermelden hoe men je kan bereiken
  5. Je verstoppen achter een contactformulier

1. Je website zo onvindbaar mogelijk maken

Als je niet weet waar je potentiële klanten op zoeken, is de kans levensgroot dat je het niet goed doet in Google.

Traditionele SEO (1000x herhalen van bepaalde zoekwoorden) werkt allang niet meer, maar belangrijke zoektermen die je doelgroep gebruikt op een natuurlijke manier verwerken in je SEO-teksten wél.

Hoe kom je achter die zoekwoorden? Daar zijn veel krachtige tools voor. Tik alleen al je aanbod in in de Google zoekbalk, en je krijg suggesties voor goede keywords.

2. Hardnekkig niet noemen of vaag zijn over wat je biedt

Ik gaf in 2013-2014 meer dan 300 websites 3 tips om hun webteksten te verbeteren. Heel veel tips gingen over de eenvoudige vraag: ‘Wat dóe je nu eigenlijk?’.

Er zijn nog veel te veel websites die je minutenlang kunt bekijken, zonder dat je precies weet wat de organisatie te bieden heeft: welke problemen ze oplossen voor welke doelgroep.

Zoals op deze website:

Van der Laan Elektro

Gebruik de tagline en een goede titel om je bezoekers direct bij hun nekvel te grijpen: DIT is wat ik doe, en daarmee los ik DEZE PROBLEMEN voor JÓU op. Zeg het gewoon helder en concreet, zonder jargon.

3. Nergens duidelijk je Unique Selling Points vermelden

Je bent vast niet de enige die doet wat je doet. Maar niemand doet het precies op jóuw manier. Jij bent onderscheidend! En dat kun je bewijzen, ook. Toch? Toch?! Nou, laat dat dan zien op je website!

Geef bezoekers een reden om voor jou te kiezen, en voor niemand anders. Verstop die USP’s niet op een subpagina, maar gooi ze in het gezicht van je bezoekers, gewoon, op de homepage. Laat ze opvallen.

Zoals op deze website:

Vertaalbureau

En zelfs als je USP’s niet helemaal uniek zijn, vermeld ze dan tĂłch. Zoals bol.com: ze zijn allang niet meer de enige met de slogan ‘vandaag besteld, morgen in huis’. Maar ze vermelden het wĂ©l, want bezoekers willen die zekerheid.

4. Vooral niet duidelijk vermelden hoe men je kan bereiken

Is mij vaak genoeg overkomen: ik wil mailen, bellen, of een adres weten. Maar die gegevens zijn nergens of heel moeilijk te vinden op de website. Ze missen een menu-item ‘Contact’, of stoppen die pagina weg in een submenu. Plaats die pagina prominent als laatste item in je menu. Altijd.

Zorg dat jouw bezoeker het gevoel krijgt dat je aan alle kanten benaderbaar bent: vermeld (mobiele) telefoon, e-mail, adres en plaats. Het liefst niet alleen op de contactpagina: zet ze ook op vaste plekken op je website, zoals in zijbalken en footers.

5. Je verstoppen achter een contactformulier

Een contactformulier is heel handig. Maar veel websites hebben alleen een contactformulier. Geen telefoonnummer of e-mailadres, nee, alleen op de pagina ‘Contact’ een kil contactformulier. Dat me ook nog toebijt dat ik allerlei verplichte velden in moet vullen. En daarna is het maar afwachten of er contact met me opgenomen wordt.

Nee, laat dan maar. Dan zoek ik wel even verder. Ik heb nooit vertrouwen in die dingen.

Als je een contactformulier hebt, vertel er dan bij hoe lang het maximaal duurt voordat je contact opneemt. Dat verhoogt het vertrouwen dat er iets gaat gebeuren.

Maar vooral: vermeld gewoon je contactgegevens. En gebruik een contactformulier alleen als alternatief voor bellen of mailen. Zodat de bezoeker zelf kan kiezen wat hij prettig vindt.

Ja. Internet is Ă©Ă©n grote verstopplek, waarop iedereen gevonden wil worden

Hier zijn we allemaal 2 jaar. Maar we zijn nog niet allemaal even bedreven in de kunst van onszelf vindbaar en toegankelijk maken.

Soms hebben we anderen nodig, die tegen ons zeggen dat we te goed verstopt zijn. Bij deze. ;-)