Tag Archief van: keywords

SEO-teksten schrijven, hoe het niet moet (deel 2: keyword-stuffing)

Keyword-stuffing. Ook wel: keyword-spamming of in goed Nederlands ‘zoekwoordproppen’.

“Serieus, Arjan? Ga je het daar anno 2020 nog over hebben? Dat is zóóó 2003.”

Ik weet het. Maar waarom gebeurt het dan nog steeds? Waarom zie ik het zelfs gebeuren in webteksten van SEO-bureaus, die potverdorie toch beter zouden moeten weten?

Dus kan het geen kwaad dit kwaad wederom te benoemen. Omdat het iets zou moeten zijn wat we al in 2003 achter ons gelaten zouden moeten hebben. (O jee, 5 hulpwerkwoorden in 1 zin. Je kunt wel zien dat ik er helemaal emotioneel van wordt. 😱)

Wat is keyword-stuffing?

Hier een mooi voorbeeld:

Onbreekbare theeglazen gezocht?

Onbreekbare theeglazen vindt u bij ons. Wij maken onbreekbare theeglazen. Deze onbreekbare theeglazen verkopen we ook nog eens. Hier op onze website kunt u dus onbreekbare theeglazen kopen. Onze onbreekbare theeglazen zijn trouwens zeer betaalbaar. En, ook belangrijk voor onbreekbare theeglazen: het zijn Ă©cht onbreekbare theeglazen! Anders zouden we ze natuurlijk geen onbreekbare theeglazen noemen. Kortom: u wilt geen gewone theeglazen, u wilt onbreekbare! Theeglazen moet u dus hier kopen. Dus bent u op zoek naar goedkope onbreekbare theeglazen? Bestel dan nu bij ons uw onbreekbare theeglazen!

Nu onbreekbare theeglazen bestellen.

Dit voorbeeld van een hele foute SEO-tekst heb ik zelf verzonnen. Maar denk niet dat dit over-the-top is. Het komt voor. In mijn cursus gebruik ik deze klassieker, die rechtstreeks van internet komt:

Hier zit werkelijk alles in wat Google verboden heeft:

  • Overmatige herhaling van het product dat ze willen verkopen, in allerlei mogelijke varianten: meer- en enkelvoud, met en zonder spaties, al dan niet in combinatie met andere zoekwoorden;
  • Een eindeloze opsomming van plaatsnamen waar deze website op wil scoren;
  • Een nog veel eindelozere opsomming van producten waarop ze óók gevonden willen worden, in alle mogelijke varianten.

Nu zal ik je eens iets vertellen: ik vind het niet eens zo erg, dat ondernemers dat doen. Dat wil zeggen: ik vergeef het ze graag. Want ik ga er vanuit dat ze het zelf hebben gedaan. Ze hebben de SEO-klok horen luiden, maar de klepel weten ze niet te hangen.

Uiteindelijk willen ze gewoon hun handel verkopen. Daar is niets mis mee. En als je dan ergens opvangt dat zoekwoorden herhalen werkt, waarom zou je het dan niet proberen om hoger in Google te komen? (Nou, daar zijn goede redenen voor. Daar kom ik zo op.)

Maar als het gebeurt op de website van SEO-specialisten, dĂĄn breekt mijn klomp. En kan ik het ze nĂ­et vergeven. Want nogmaals: die moeten beter weten. Check deze tekst maar eens:

Hoe vaak kun je ‘bovenaan in Google’ in allerlei varianten in een tekst van krap 100 woorden proppen? Daarvoor moet je in ieder geval een paar zinnen verkrachten, zo blijkt:

  • ‘Begin 2013 stonden we al op pagina 1 hoog in de zoekmachine.’
  • ‘Bovenaan in zoekmachine?’

Onbegrijpelijk.

(Inmiddels heeft dit bedrijf z’n leven gebeterd. Deze tekst is niet meer terug te vinden.)

WaarĂłm moet je zoektermen eigenlijk niet overmatig gebruiken?

Velen zullen zeggen: omdat het niet meer werkt. Google kan je website zelfs terugzetten als je op deze manier probeert posities te winnen:

“Als u pagina’s vult met zoekwoorden of cijfers, leidt dit tot een negatieve gebruikerservaring en kan dit nadelig zijn voor de positie van uw site.” (Bron)

Maar dat het niet werkt, vind ik irrelevant. Het gaat namelijk om iets veel belangrijkers. Iets wat Google ook expliciet aangeeft in de zin hierboven: ‘ een negatieve gebruikerservaring’.

Dat is een nette manier van zeggen dat je bezoekers dit soort teksten klote vinden. Onleesbaar. Niet geschreven voor hén, maar voor de zoekmachinerobots. Je moet wel een retesterk USP hebben om deze belediging van hun intelligentie goed te maken, zodat ze alsnog contact met je opnemen.

DĂĄĂĄrom moet je zoektermen dus niet ‘stuffen’.

Hoe weet je of je aan het zoekwoordproppen bent?

Probeer je op enig moment geforceerd zoekwoorden in je tekst te stoppen? Dan ben je aan het proppen. Simpel, toch?

Maar als je een richtlijn zoekt: da’s lastiger. Niemand weet namelijk precies hoe Google dit bepaalt of berekent. Uit onderzoek zou het ‘proppercentage’ ergens tussen de 0,5% en 3% liggen. (Bron: https://www.rtmbusiness.nl/keyword-stuffing-percentage/)

Oftewel: als 0,5 tot 3 procent van je tekst uit hetzelfde zoekwoord bestaat, ben je al aan het keyword stuffen. Dus let op: als je één keer per 200 woorden je belangrijkste zoekterm gebruikt, kan dit door Google al als te veel worden beschouwd.

Nu hoop ik – en weet ik eigenlijk wel zeker – dat Google naar veel meer kijkt om te bepalen of je aan het forceren bent. Want nee, je moet niet expres zo vaak mogelijk een zoekterm gebruiken. Maar het moet ook niet zo zijn dat je het geforceerd gaat vermijden omdat je bang bent voor de Google-politie, terwijl je helemaal niets fout doet.

Het beste advies is en blijft in mijn ogen: schrijf je tekst op een zo natuurlijk mogelijke manier. En dat is: behalve in je titel (waar je belangrijkste zoekterm echt mĂłet staan) verder niet letten op hoe vaak je zoekterm in je tekst belandt. Meestal wijst het zich dan vanzelf.

Nog even over dat SEO-bedrijf met die spammy teksten


Dat bedrijf leerde ik kennen omdat we een gezamenlijke klant hadden. Die klant isoleert vloeren. Ze vroegen mij een mooie SEO-tekst te schrijven om die dienst beter te verkopen.

Ik leverde mijn tekst aan, en zij zeiden: “Dank je! We sturen ‘m door naar onze SEO-partner.” Niets mis mee, natuurlijk; er is altijd ruimte voor verbetering. Bovendien was ik wel benieuwd naar de mening van een andere specialist. Welnu, ik kreeg al snel een e-mail:

“Beste Arjan,

De tekst ziet er goed uit! Maar zou je de volgende termen nog kunnen verwerken:

  • isolatie vloer (2x)
  • isoleren vloer (2x)
  • isoleren vloer kruipruimte (2x)
  • vloer isolatie (2x)
  • vloer isoleren (3x)
  • vloer isoleren kruipruimte (1x)
  • vloerisolatie (4x)
  • vloerisolatie kosten (2x)
  • vloerisolatie prijs (2x)
  • vloerisolatie kruipruimte kosten (2x)

Succes!”

 

Ehm, nou
als ik dat had gedaan, moest ik om de zin zo’n term erin fietsen. Het had mijn tekst totaal met de grond gelijk gemaakt.

Ik weigerde. “Doe het zelf maar”, zei ik. En dat deden ze: niet lang daarna belde de opdrachtgever mij. Hoe ik het durfde om zo’n slechte tekst aan te leveren.

Je raadt het al: dat ging om de bewerkte tekst, waarin alle bovenstaande termen geforceerd verwerkt waren.

De klant zei: “O, dan ga ik hĂ©n even bellen.”

Daarna heb ik nooit meer iets van ze gehoord. Niet van de klant, niet van dat SEO-bedrijf. Begrijp jij het, begrijp ik het.

Maar keyword-spamming begrijpen we wél, hÚ? Dat is gewoon not done. Niet vóór 2003, niet nå 2003. En ín 2003 trouwens ook niet.

Nu wil ik geen bedrijf aan de schandpaal nagelen, maar



wie heeft er nog sappige voorbeelden van overmatig gebruik van zoekwoorden? Deel ze hieronder, graag zonder links en bedrijfs- of persoonsnamen. Het is altijd leuk om je even te verbazen en verwonderen, toch? Ter leringh Ă©nde – toegegeven – vermaeck. 😉

SEO-teksten schrijven, hoe het niet moet (deel 1: related keywords)

Vandaag begin ik een miniserie op m’n blog: hoe SEO-tekstschrijven níet moet. In deel 1:

De mythe dat je zoveel mogelijk ‘gerelateerde zoekwoorden’ in je teksten moet proppen. Want wees gerust: dat hoeft namelijk helemaal niet!

Wat zijn ‘related keywords’?

Op alexa.com vind ik de volgende omschrijving:

A related keyword is a term or phrase that is closely tied to a primary keyword. It is semantically related or a synonymy or variation of a primary keyword.

Vertaald: een gerelateerd zoekwoord is nauw verbonden aan je focus-zoekterm. Qua betekenis, of omdat het een synoniem is.

En dan zouden die gerelateerde termen je helpen om ‘de inhoud van je tekst beter uit te leggen’. Zodat ook zoekmachines je tekst beter begrijpen, classificeren en ranken. Kortom: zodat je hoger in die zoekmachines komt.

(Bron: How to find related keywords for your blog posts and webpages)

Hmmm
 đŸ€”

Zo werkt dat in de praktijk (dus niet)

Laten we de proef op de som nemen. Stel, ik ga een artikel schrijven over ‘webteksten schrijven’. Dat is dan ook mijn focus-zoekterm: de zoekvraag die ik zo goed mogelijk wil beantwoorden.

Hoe vinden we daarvan de gerelateerde zoekwoorden? Dat hoeven we gelukkig niet zelf te doen. Die data kunnen we met handige tools zó uit Google trekken. Als het om ‘webteksten schrijven’ gaat, ziet Google de volgende relaties:

Related keywords van 'webteksten schrijven'

En dit is nog maar de top 10. In totaal krijg ik 300 van deze termen voorgeschoteld. Dusseh
wat moet ik hier nu mee?

Hiermee zou ik volgens Alexa dus de inhoud van mijn tekst (over webteksten schrijven) beter kunnen uitleggen. Maar hĂłe dan?

Moet ik nu iets over ‘redigeren’ gaan vertellen? En het woordje ‘tekst’ in mijn tekst gebruiken? Bovendien nog zijsprongen maken naar een brief, e-mail en verhaal schrijven? Niet echt logisch.

Kijk, dat ‘zoekmachine optimalisatie’ in mijn tekst terechtkomt, dat kan ik me voorstellen. En iets over een inleiding, wellicht. Maar moet ik dat expres gaan doen? Het lijkt me dat ik die woorden pas gebruik als die logisch te verwerken zijn. Omdat ze in mijn verhaal passen. En niet omdat het toevallig op deze ellenlange lijst van ‘gerelateerde zoekwoorden’ staat.

Related keywords zijn niet automatisch relevant

Gerelateerde termen geforceerd in je tekst fietsen is om meer redenen niet logisch. Dat illustreer ik graag met een Ă©cht voorbeeld uit mijn eigen praktijk:

Ik had eens een klant die explosieveilige airconditioners verkoopt. (Jawel, die bestaan. Als je een fabriek hebt waar heel veel stof ronddwarrelt, kun je niet zomaar een airco ophangen. Anders kan ‘ie blijkbaar ontploffen. Yikes.)

Hij had al een ‘zoekwoordenanalyse’ laten doen door een andere partij. Maar dat was helemaal geen analyse. Dat was gewoon een uitdraai van alle related keywords. Letterlijk uitgeprint dus: een flink stapeltje A4’tjes. Puik staaltje werk, jongens. 🙄

Mijn opdrachtgever had zich laten vertellen dat al die woorden verwerkt moesten worden in de teksten. Zodat hij er vindbaar op werd. HĂ©, en ik ben SEO-tekstschrijver, dus daar wist ik wel raad mee!

Juist. Om welke aanverwante woorden ging het dan zoal? Nou, deze:

  • Explosie
  • Brand
  • Koele lucht
  • Werkplaats
  • Veiligheid
  • Etc.

En dan dus een lijst met 100-en van dit soort termen, hù? Ga d’r maar aan staan. Het 1ste wat ik tegen m’n klant zei? “Hier doe ik helemaal niets mee.”

Want waarom zou mijn klant in godsnaam gevonden willen worden op ‘explosie’ of ‘brand’? Gewoon even gezond verstand en logica:

StĂ©l dat het mij lukt om hem vindbaar te maken op ‘explosie’. (Dat is al heel onwaarschijnlijk, want er zit ongelofelijk veel concurrentie op.) Hoe groot is dan de kans dat zoekers op dat woord een explosieveilige airconditioner willen kopen?

Ik schat in: 0,00000000000000000000000001%. Toegegeven: dit is een ruime schatting.

Want wat zoekt iemand precies als die op ‘explosie’ zoekt? Een filmpje van een explosie? Een uitleg hoe een explosie werkt? Geen idee; de term is heel breed, en daarom ook heel abstract. Maar ik durf te wedden: ze zoeken in ieder geval NIET het product van mijn klant.

Het heeft dan ook geen enkele zin om dit woord koste wat kost in de tekst te gebruiken. Laat staan al die andere uit die eindeloze lijst van gerelateerde termen. Ook betwijfel ik of hij daardoor beter gevonden zou worden op de focus-zoekterm ‘explosieveilige airconditioner’.

 

Kortom: ‘gerelateerd’ wil nog niet zeggen ‘relevant’.

Zijn related keywords dan nergens goed voor?

Jawel. En om het artikel op Alexa recht te doen, moet ik ook nu uit hun artikel citeren:

  • They help marketers identify variations of phrases that searchers may be using to find content related to a topic. Markers can use variations of their primary keyword to target other phrases in pay-per-click ads (PPC).
  • They help publishers and marketers discover other topics to write about on their website. The related keywords provide inspiration for other blog posts.

Oftewel: gerelateerde zoektermen kunnen je helpen om je marketing beter te richten op de juiste doelgroepen. En om inspiratie op te doen voor andere onderwerpen waarover je op je website kunt schrijven. Daar kan ik het alleen maar roerend mee eens zijn.

Wat vind jij?

Ben je zelf SEO-tekstschrijver of zelfs een -expert, en vind je dat ik er helemaal naast zit? Let me know! Misschien zie ik wel iets heel belangrijks over het hoofd? đŸ€”

Hoe preuts is Google?

Let op: Dit blogartikel bevat EXPLICIET taalgebruik. Lees verder op eigen risico.

Google censureert zoekopdrachten. Let op: dus geen zoekresultaten (ja, waarschijnlijk óók), maar al daarvóór. Wanneer jij je vraag intikt.

Ooit opgevallen? Als je erover nadenkt, is het heel logisch. Het gaat immers om een Amerikaans bedrijf. Er zijn tere kinderzieltjes te beschermen! En diepste drijfveren te ontkennen.

Ervaar de censuur zelf:

  • Tik het zoekwoord ‘perforator’ in bij Google. Dan krijg je suggesties:

perforator

  • Doe nu hetzelfde met ‘porno’. Dan krijg je niets. Geen enkele aanvulling.

Test – als je wilt – meer seks(e)gerelateerde termen. Je zult zien dat je ook dan niet geholpen wordt door de zoekmachine.

Dát is dus wat ik bedoel met ‘censuur’.

(Overigens krijg je – grappig genoeg – wĂ©l weer suggesties met de zoekterm ‘seks’. Blijkbaar is die netjes genoeg. Terwijl je bij woorden als ‘borst’, ‘penis’ en ‘vagina’ nul op het rekest krijgt. ‘Anus’ is daarentegen wĂ©l weer salonfĂ€hig. Wie bepaalt dit eigenlijk?!)

'anus t-shirt'? WTF?!

‘anus t-shirt’? WTF?! đŸ˜±

Jammer, voor ons zoekgedrag-analisten

De aanvullingen die Google geeft, die bedenken ze natuurlijk niet zelf. Alle gegeven termen zijn door zoekers ingevuld.

Daarom zijn de Google-suggesties ook goud waard voor SEO-tekstschrijvers zoals ik: het is alsof je de klant van je klant interviewt. Zodat je op hun vraag kunt inspelen.

Zo bezien is het ironisch: datgene waar ook online verreweg de meeste vraag naar is, wordt door Google afgeschermd. Sex sells; what else is new?

Google’s preutsheid legt ook een zwakte bloot

Een zwakte der techniek, der interpretatie. Daar kwam ik laatst achter, tijdens een zoekwoordenanalyse voor Ă©Ă©n van mijn klanten.

Die verkoopt namelijk glaszuigers. Van die hele onschuldige dingen, die zich vastzuigen aan ruiten. Zodat ze door mens en machine veilig getild kunnen worden.

Op ‘glaszuiger’ zit vrij veel zoekvolume: 720 per maand. Groot was dan ook mijn verbazing, toen Google geen enkele aanvulling gaf. Niets! Dat kán simpelweg niet bij zo’n populair zoekwoord.

De verklaring achterhaalde ik snel genoeg. En jij raadt het vast ook al: het zit ‘m in zuiger. Dat is natuurlijk ook wel een heel vies woord, hù? 😜

De glaszuiger. Wat kun je daar nog méér mee behalve glas tillen...? You dirty mind, you.

De glaszuiger. Wat kun je daar nog mĂ©Ă©r mee behalve glas tillen…? Oh! Echt?! Wow. You dirty mind, you. đŸ€Ł

En het stopt niet bij de glaszuiger. Ook de stofzuiger is blijkbaar te seksueel getint. Evenals ‘zuigerklep’, ‘bloedzuiger’, ‘uitzuiger’, ‘duimzuiger’ en ga zo maar door.

Tip om tĂłch suggesties te krijgen

Wil je tóch suggesties bij onterecht afgeschermde zoektermen als ‘zuiger’? Probeer dan andere zoekmachines, zoals Bing. Die is al veel minder preuts. Of technisch slimmer, zo je wilt.

TĂłch nog een compleet zoekwoordenonderzoek voor mijn klant. :-)

Tóch nog een compleet zoekwoordenonderzoek voor mijn klant. 🙂

Maar ook Bing, en zelfs onze eigen zoekmachine Ilse (wie gebruikt díe nog?), schermen té seksuele, controversiële en anderszins gevoelige termen af.

Toch is Ilse uiteindelijk overduidelijk een Hollandse creatie: je krijgt misschien geen suggesties bij seksuele zoektermen, maar wĂ©l direct een overlay vol erotiek-links. 😎

Zo ken ik Nederland weer. ;-)

Zo ken ik Nederland weer. 😊

(Je vraagt je nu af: wat hĂ©b ik aan deze informatie voor mijn seo-teksten? Nou ja…niets. Ik liep ertegenaan en wilde dat met jou delen. PĂșĂșr entertainment!)

Laat jij je website door Google bepalen?!

Sommige (veel?) mensen hebben iets tegen Google. Sommige (veel?) mensen zijn zelfs tegen Google. De zoekmachine heeft te veel invloed, te veel macht. Vinden velen.

Tja.

Daar zit wat in, wanneer ruim 9 van de 10 internetgebruikers zoekt via dezelfde website. Google bepaalt ten dele ons wereldbeeld.

Logisch dat we Google onze website laten bepalen dan, toch?

Of niet…?

Google heeft zĂł veel macht, dat het lijkt alsof sommige (veel?) mensen denken dat de zoekmachine een zelfstandige entiteit is. EĂ©n groot zelflerend brein dat opereert bĂșiten ons allen om. Een brein dat dicteert hoe een website gebouwd en hoe SEO-teksten geschreven moeten worden (want het doet immers niets anders dan websites beoordelen en rangschikken).

Het is waar

Het is waar dat Google leert. Het is waar dat Google (be)oordeelt. Het is waar dat Google rangschikt.

Maar het is pertinent ONWAAR dat Google dat allemaal zelfstandig doet, als ware het alwetend.

Wacht ff. Waarom héb ik het hier eigenlijk over?

Omdat ik onlangs weer een discussie had met een klant over mijn SEO-teksten, uiteraard gebaseerd op een Google-zoekwoordenonderzoek.

(Voor de duidelijkheid: ik baseer zowel websitestructuren als webteksten op deze onderzoeken.)

Hij zei:

‘Ik wil niet dat Google bepaalt hoe mijn website eruit ziet.’

Yikes.

Ziedaar de klassieke denkfout over Google en SEO, die je nog steeds vaak tegenkomt, zélfs bij online marketeers en contentspecialisten.

Deze denkfout ontstaat wanneer je inderdaad denkt dat Google zelfstandig opereert.

Waar – denk je – haalt Google zijn data vandaan?

Die sleuteltermen die ik achterhaal door een zoekwoordenonderzoek
heeft Google die zelf bedacht?

Die zoekvolumes – hoe vaak per maand er gezocht wordt op een bepaalde term – genereert Google die zĂ©lf?

Nee. Natuurlijk niet.

Wij, met z’n allen, voeden Google met miljarden zoekopdrachten per dag

Wanneer we op zoek zijn naar bepaalde producten of diensten, vertonen we zoekgedrag. Een goed zoekwoordenonderzoek brengt dat gedrag aan het licht. Zodat we daarop kunnen inspelen met onze websites.

NIET omdat we bovenaan in Google willen komen. Maar omdat we onze bezoekers op hun wenken willen bedienen!

(NaĂŻef, ik weet het. Voor sommigen (velen?) is ‘bovenaan in Google komen’ wel dĂ©gelijk het hoogste doel.)

Een praktijkvoorbeeld:

Stel, je begint een webshop in onderzetters.

Wat vinden je klanten belangrijk aan onderzetters? Naar welke specifieke onderzetters is (de meeste) vraag?

Ziehier een fractie van wat het zoekwoordenonderzoek zou opleveren:

onderzetters

Uit deze paar gegevens kun je nu al concluderen dat:

  • Er maandelijks behoorlijk wat vraag is naar onderzetters
  • Onderzetters met foto populair zijn
  • Mensen specifiek zoeken naar onderzetters voor glazen (naast bijvoorbeeld voor pannen)
  • Dat er ook merkspecifiek gezocht wordt
  • Dat er naar onderzetters die eruitzien als of gemaakt zijn van een boomstam weinig vraag is

Google is een bril

Een bril die je op kunt zetten om door de ogen van je doelgroep naar je eigen aanbod Ă©n website te kijken. Ik voorspel je: dan zie je opeens haarscherp wat er schort aan hoe je website is opgebouwd en je webteksten zijn geschreven. Keer op keer maak ik dat mee.

DĂĄĂĄrom noem ik mezelf ‘SEO-tekstschrijver‘. Omdat ik alleen nog maar op deze manier wil schrijven.

Het is dus niet Google die je website bepaalt



het is je bezoeker die je website bepaalt. En geloof me: dat is de Ă©nige ‘entiteit’ die je website zou moeten mogen bepalen.