Tag Archief van: copywriting

Waarom je in webteksten stellig moet zijn

“Je bent veel verlegener dan je je voordoet op je blog.”

Ouch. Daar ging mijn online imago, dat ik hier zo zorgvuldig probeer op te bouwen. Het imago van de zelfverzekerde SEO-copywriter, die jullie ondernemers wel ff zal vertellen wat je wel en niet moet doen, op je website en met je webteksten.

Maar die bravoure had ik in real life op dat moment dus even niet. Alsof ze door me heen prikte, en dat voelde ik. Ik voelde me in Ă©Ă©n klap 30 jaar jonger…

Een verlegen jongetje

Een verlegen jongetje…nog lang niet de zelfverzekerde copywriter die jullie nu allemaal kennen…

Als puber had ik er echt last van: verlegenheid

Ik herinner me nog hoe het populairste meisje van de klas iets tegen me zei, en ik haar niet verstond uit verlegenheid. Ik durfde niet eens te vragen ‘Wat zei je?’, dus ik stamelde maar wat onbegrijpelijks terug terwijl ik naar mijn schoenen keek.

Way to go, Romeo.

Dat gebeurde in havo 2. Misschien markeerde dat wel een omslagpunt, want een jaar later deed ik iets wat absoluut niet in de aard van een verlegen middelbare scholier lag:

Ik stuurde een valentijnskaart naar het populairste meisje van havo 3. En ik schreef dwars tegen alle valentijnstradities in mijn naam erbij. Ik vroeg zelfs rechttoe rechtaan verkering.

Toegegeven: ze had er in een ludieke bui zelf om gevraagd. Ze had mij, plus zo’n beetje alle andere jongens in de klas, uitgedaagd haar een kaart te sturen. Ze bedoelde alleen natuurlijk niet een kaart met een oprechtige, stellige liefdesverklaring.

Afijn, ik dacht: als jij een kaart wilt, dan kun je ‘m krijgen


Ik weet nog hoe ik voor de PTT-brievenbus stond: wel doen? Niet doen? Ik kon nog terug. Kaart half in de bus
ik hoefde ‘m alleen nog maar los te laten. Point of no return. Nu of nooit. Nooit? Nu! Vingers van elkaar, kaart los, en met een onhoorbare plof lag ‘ie daar, tussen alle andere post die de volgende dag bezorgd zou worden.

F-ing hell. Ik had het gewoon gedaan.

Maar ja, dat was het makkelijke deel van mijn missie. De dag na valentijnsdag fietste ik met lood in m’n schoenen naar school. Ze had de kaart gekregen. Dat móest wel. Zou ze me uitlachen in m’n gezicht? Had mijn kaart al de ronde gedaan in de klas? Of
zou ze – ondenkbaar natuurlijk – ‘ja’ zeggen?

Hoe dan ook, ik had het gedurfd

De adrenalinerush bleek verslavend, want dat is hoe ik daarna alles aanpakte: ik kan iets heel eng vinden, me heel kwetsbaar voelen, en ik kan gigantisch op m’n bek gaan – maar ik dóe het wel. Want daar komen mooie dingen van. Daarmee kun je veel bereiken.

Mijn potentiële klant riep in eerste instantie mijn verlegen kant op. Dat gebeurt soms, als ik iemand ontmoet waar ik direct van onder de indruk ben, door de natuurlijk kracht die die persoon uitstraalt. Totdat we over webteksten gingen praten. Toen herpakte ik mijn zelfvertrouwen. Toen kwam mijn zelfverzekerde, stellige kant weer boven. Toen kon ik haar helpen met haar onzekerheid: haar webteksten.

Beide ben ik: de verlegen jongen Ă©n de zelfverzekerde copywriter

Hier krijgen jullie de zelfverzekerde, stellige copywriter. Dit is mijn domein, hier spreek ik over dingen waar ik meen verstand van te hebben.

Als ik over sliders schrijf, kies ik als titel ‘Verwijder die slider!’. En niet ‘Het is misschien beter om je slider te verwijderen, meestal’. Op een blog neem je stelling. In de comments is genoeg ruimte voor discussie. EĂ©n van de redenen waarom reacties zo belangrijk zijn.

Ik citeer graag even een mede-stellingnemer, Kitty Kilian van De Blogacademie:

“Ik durf wel te stellen dat driekwart van het succes van een tekst afhangt van het aplomb waarmee de schrijver durft te schrijven.”

Schrijven is durven. Als je goed wilt schrijven, tenminste.

Verder zijn wij net als jij:

“We overdrijven gewoon een beetje. We doen alsóf we dapper zijn.

Alsof we het allemaal zo goed weten.

Alsof je Ăłns niks hoeft te vertellen.

Dat heet stijl”

(Lees haar hele artikel hier)

En wat heeft dat dus met jou te maken?

Omdat jij op je website, in je webteksten, óók stellig moet zijn. Dat is immers jóuw domein.

Veel ondernemers die ik ontmoet, zijn heel stellig als ze over hun diensten praten en wanneer ze die verlenen.  Maar op hun website zijn ze – gek genoeg – juist verlegen. Of in ieder geval: zij hebben schroom. Schroom om in hun webteksten net zo direct te zijn als wanneer zij een verkoopgesprek voeren, bijvoorbeeld.

Dat zelfvertrouwen dat jij voelt wanneer je over je dienstverlening praat
waarom giet je dat niet over in je webteksten?

Gooi die schroom van je af!

En als je diep van binnen nog een verlegen jongetje bent, zoals ik, mag je dat af en toe best toegeven. Schrijven is ook kwetsbaar zijn. Zo word je een mens voor je lezers.

Maar
hoe liep het nou af met dat meisje?

Jij leest dit natuurlijk alleen nog maar omdat je de ontknoping van mijn verhaal wilt weten, toch? ;)

Vond dat meisje mij ook leuk? Kregen we verkering? Is ze nu mijn vrouw en leven we nog lang en gelukkig?

Nee, natuurlijk.

Toen ik de klas inliep, had ze alle kaarten die ze ontvangen had in haar hand, en was die aan het doorkijken. Alle kaarten
behalve Ă©Ă©n. Want zonder mij aan te kijken zei ze: “En van jĂłu heb ik niets gehad!” Zogenaamd verwijtend.

Ik wist genoeg.

Best chique van haar, eigenlijk, om het zo te doen. Natuurlijk wist zij ook wel dat ik haar niet geloofde. Maar het bespaarde mij een pijnlijke afwijzing, en haar een ongemakkelijk moment.

En omdat we onszelf nu eenmaal graag voor de gek houden, kon ik altijd nog doen alsof ze mijn kaart Ă©cht niet gehad had. Of dat ze mij misschien stiekem tĂłch leuk vond, maar dat gewoon niet durfde te zeggen, omdat zij óók heel verlegen was


Wie weet.

PS: Jaren later had ik meer succes bij het meisje dat inmiddels mijn vrouw is. Het begon met een sterk staaltje copywriting, al zeg ik het zelf. Maar dát is een verhaal voor een andere keer. (Oeh, cliffhanger! Ook al zo’n krachtig stijlmiddel. 😉)

Wat heeft God dat ik niet heb? (Of: de macht van woorden)

Taal is macht. Dat heb ik niet verzonnen; die uitspraak is al lang geleden gedaan en daarvóór en sindsdien talloze keren bewezen.

Woorden hebben invloed.

Ze overtuigen, verleiden, misleiden, kwetsen, helen, verbeelden, verwonden, verbinden, verdelen, verenigen, verachten, verheffen, verlagen, leiden af, bouwen op, breken af, bevestigen, ontkennen, liegen, verwonderen, desillusioneren


Zo kan ik nog wel even doorgaan. Maar ik heb het – al zeg ik het zelf – nooit treffender verwoord dan in deze 5 regels:

Ik spreek een woord,
en een wereld verschijnt.
Ik spreek er twee,
en een andere verdwijnt.
Wat heeft God dat ik niet heb?

Deze blasfemische regels schreef ik in 2010, naar aanleiding van een dichtwedstrijd, uitgeschreven door Taalpost van Onze Taal.

Ter ere van de 1000ste editie van Taalpost vroegen ze lezers 5 dichtregels over taal in te sturen. Uiteindelijk stelden ze daarmee een 1000-regelig gedicht samen, dat geopend Ă©n afgesloten werd door profdichter Ingmar Heytze. Ik moest er weer aan denken dankzij het artikel van Aartjan van Erkel, over de uitspraak ‘Schrijven is stelen van dieven’ van diezelfde Heytze.

(Taalpost is geweldig, trouwens: een keer of 3 per week de laatste taalnieuwtjes en –weetjes in je mailbox.)

Ik meende elk woord van die 5 regels:

Je kunt met Ă©Ă©n enkel woord een toon zetten, en die met de 2 woorden erna weer helemaal wijzigen. Bijvoorbeeld:

‘Schat
rot op.’

Het eerste woord bevestigt een relatie (jij bent mijn schat, mijn partner, mijn geliefde), de 2 woorden daarna zetten die op scherp. Je vraagt je direct af of het eerste woord uit gewoonte werd gesproken, en of de 2 erop volgende woorden het einde van de relatie inluiden. Minstens 2 werelden opgeroepen waarvan 1 afgebroken, in 3 woorden…

Hoe vaak komen we niet in de problemen door de woorden die we meestal onbewust en daarom onzorgvuldig kiezen? Hoe vaak vervallen we niet in onbewuste patronen die onze relaties keer op keer in de problemen brengen?

En hoe bewust heb jij de woorden op je website gekozen?

Sluiten je webteksten aan bij je doelgroep? Schrijf je in hun stijl? Roep je de juiste werelden op, die de kans dat zij zich laten verleiden op jouw website groter maken?

Praat je op je hele website in dezelfde taal? Of laat je eerder opgebouwde werelden verdwijnen door een paar verkeerd gekozen woorden, door een stijlbreuk?

Of kies je zĂșlke algemene bewoordingen, zĂșlke holle clichĂ©s en formele taal, dat je de woorden ontdoet van hun potentiĂ«le macht, en juist helemaal gĂ©Ă©n werelden oproept? Oftewel: staan er op jouw website webteksten die helemaal niets doen met je bezoekers?

Woorden kunnen verkopen
of niet.

Wat heeft God dat JIJ niet hebt? Niets; ook jij hebt de macht van taal tot je beschikking. God sprak elk woord machtig, om in 7 dagen de wereld te scheppen.

Wees God. Wend de kracht van woorden aan om jouw webteksten machtig te maken. (Of, als je de kracht zelf niet bezit, laat een ander die macht voor je aanwenden.)

PS: niet alleen werden mijn regels in het gedicht opgenomen, ik won er ook een prijs mee! Ik mag mezelf dus voorhouden dat ik een bekroond dichter ben. ;)

PPS: je kunt hier het 1000-regels tellende gedicht over taal downloaden.

Wat copywriters met dichters gemeen hebben

Toon Tellegen schreef dit gedicht:

Een locomotief

Er staat een locomotief op een zijspoor,
tot in haar merg verroest, met distels overgroeid.

Als het regent weent zij bruine tranen.

Ik loop langs haar, raak haar aan,
aai haar,
zeg iets tegen haar, iets bemoedigends
klim op de resten van een treeplank.

In de verte slaat een klok.
Misschien ben ik wel een prins. Je weet het nooit!
Misschien is dit wel Doornroosje.
Locomotiefje, liefje… open je ogen..!

Hoog aan de hemel staat de zon.
‘HĂ©!’ roepen ze. ‘Ho!’, ‘Wacht eens even!’ en ‘Sta stil!’.
Maar wij vertrekken en horen niets en niemand meer.

Dichter en schrijver Toon Tellegen, die van het mooiste woord uit onze taal

Dichter en schrijver Toon Tellegen, die van het mooiste woord uit onze taal

Het waren de woorden ‘Locomotiefje, liefje’ waardoor ik direct verliefd werd op dit gedicht.

Spreek ‘locomotiefje’ maar eens uit, langzaam en bewust. Heerlijke gymnastiek voor je stembanden, tong en lippen. Met afstand het mooiste woord uit de Nederlandse taal, voor mij.

En dan de combinatie met ‘liefje’
poĂ«zie zoals poĂ«zie bedoeld was, als poĂ«zie al bedoeld was.

Wat heeft dichten dan met copywriting te maken?

Dit: dichters bedoelen ieder woord, net als SEO-copywriters.

Als je een gedicht leest, moet je achter elk woord een betekenis zoeken. Elk woord voegt iets toe aan het geheel. Haal je een woord weg, verliest het gedicht aan kracht. Voeg woorden toe: idem.

Copywriters gebruiken woorden ook nooit ‘zomaar’. Haal woorden weg uit een marketingtekst, en je boet in aan overtuigingskracht. Voeg woorden toe, en er ontstaat overbodigheid. Lucht.

Zowel voor dichters als copywriters bestaat er geen opvulling

Dat is ook de reden waarom ik nooit bang ben voor kritiek van mijn opdrachtgevers. Ze mogen van alles van mijn (hĂșn) webteksten vinden, ik kan van elk woord uitleggen waarom dat daar staat.

Uiteindelijk hebben zij natuurlijk wel het laatste woord: wat blijft, wat anders en wat weg moet. Vervolgens is het mijn taak om desalniettemin de overtuigingskracht van de tekst als geheel te behouden.

Genoeg over mijn vak voor deze week. Webteksten en copywriting zijn slechts storende terzijdes in dit artikel, wat mij betreft. (Poëzie met verkoopteksten vergelijken, hoe durf ik?!)

Snel terug, dus, naar het mooiste woord.

Locomotiefje, liefje


Het werd de bijnaam van mijn dochter: locomotiefje.

Als ik haar roep, roep ik: ‘Locomotiefje, liefje!’

Als ik haar iets geef, zeg ik: ‘Alsjeblief, lief, locomotief.’ (Zo mag ik me ook een beetje dichter voelen. ;) )

En als ik vraag of ze iets wil doen, en ik begin met ‘locomotiefje’, luistert ze vaker. (Of misschien is dat maar mijn verbeelding.)

Ik wil Toon Tellegen bedanken voor het mooiste woord uit onze taal.

Ben eigenlijk wel benieuwd: als jij Ă©Ă©n woord moet kiezen, welk woord vind jij dan het mooiste? Deel ‘m hieronder!

Kom, laten we even taal vieren. Klanten werven met teksten kan morgen ook. :)

10 nieuwe webtekstblunders om nóóit meer te maken!

Hoog tijd voor een nieuwe lijst met webtekstblunders. De eerste lijst (met 23 blunders) dateert alweer van ruim 5 maanden geleden!

Wat is een webtekstblunder (voor de nieuwkomers)?

  • Uitgeholde cliché’s en nietszeggende slogans die geen enkele emotie raken bij je lezer (‘wij onderscheiden ons door persoonlijke aandacht’)
  • Open deuren die keer op keer onnodig opnieuw ingetrapt worden (‘kwaliteit hoog in het vaandel’)
  • Ongebruiksvriendelijke webteksten die het je bezoeker ongemakkelijk maken (zie hieronder blunder x)

Er zijn vast nog wat categorieën te bedenken, maar je krijgt een idee.

Dus, zonder verdere omhaal:

10 nieuwe webtekstblunders die we beloven vanaf nu nóóit meer te maken

1. “jong en dynamisch bedrijf”

Google-score: 3.440.000

Dit is het unique selling point van bijna elk nieuw bedrijf dat z’n eerste website laat maken. Dan is er altijd wel iemand die vindt dat dat in de webteksten moet.

Maar het zegt de lezer dus echt helemaal niets. En zelfs åls je een jong en dynamisch bedrijf hebt, waarom is dat belangrijk voor mij??? Wat héb ik daaraan, als ik jullie klant word? Vertel het me alsjeblieft niet, maar laat me het mérken door uitstekende dienstverlening en de beste, hipste en vernieuwendste producten!

Nadat je als onschuldig websurfer voor de tigste keer gestruikeld bent over dit vreselijke cliché, voel je je vooral oud en stram


webteksten-blunder-01

‘Jong en dynamisch’!

(Met dank aan inzender Hanne LefĂšvre!)

2. “onafhankelijk en vernieuwend”

Google-score: 5.930

Een gek paar, dat opvallend vaak voorkomt. Blijkbaar willen veel ondernemers ‘onafhankelijk’ en tegelijkertijd ‘vernieuwend’ zijn. En dit zijn dan vooral financieel adviseurs, verzekeraars en dat soort mensen.

Nu kan ik er nog wel inkomen dat je als financieel adviseur je onafhankelijkheid wilt noemen. Toch een belangrijk puntje voor veel nieuwe klanten. Maar ‘vernieuwend’? Hoe dan? En wederom: wat heb ik daarmee te maken? Word ik daar beter van?

webteksten-blunder-02

Een raar paar…

3. “ambitieus bedrijf”

Google-score: 381.000

Dit is vooral een webtekstblunder in vacatureteksten (ongetwijfeld ook offline). Maar ook op veel websites van ondernemers zie ik de tekst voorbijkomen.

In vacatureteksten valt het dus in ieder geval niet meer op. Je kunt het er clichĂ©matig lekker ingooien, maar verwacht niet dat sollicitanten dan denken: ‘O! DĂ­t bedrijf is tenminste ambitieus! Nou, dan ga ik hiervoor, hoor!’ Aan de andere kant, gezien de huidige tijd: sollicitanten komen toch wel


Maar op je ondernemerswebsite? Prima dat je groei-intenties hebt. Maar vermoei mijn internetervaring er niet mee


webteksten-blunder-03

‘ambitieus en jong’, een mooie variant op ‘jong en dynamisch’

4. “zeer uitgebreide dienstverlening” / “breed palet aan diensten”

Google-score: 44.800

Ik vind het héél vermoeiend als een bedrijf opschept over hoeveel diensten ze wel niet hebben voor mij. Meestal ben ik toch maar op zoek naar één dienst, één oplossing. En als er zo veel diensten zijn, hoe weet ik dan welke bij mij past?

Het is eigenlijk alleen leuk voor de ondernemer zelf: dat hij veel kan. Dan kan hij dus ook veel verschillende klanten helpen.

Maar voor klanten is het specifieke van belang, niet het algemene.

Als je een ‘breed palet’ hebt, maak je je dienstverlening direct abstract voor je bezoeker. Benoem alle concrete problemen waarmee je mensen kunt helpen. Aan welke dienst die gekoppeld zijn, merkt je klant dan wel weer.

webteksten-blunder-04

‘breed palet’, maar wat hĂ©b ik eraan?

5.  “bij ons in goede handen”

Google-score: 506.000

De intentie van deze webtekstblunder is goed: een gevoel van veiligheid bieden. ‘Wees maar gerust, wij zorgen voor je. Wij zorgen ervoor dat je probleem opgelost wordt. Geen zorgen. Bij ons is je drukwerk in goede handen.’

Dat kun je dan wel beweren, maar dat hoor ik zo vĂĄĂĄk. Ik wil dat helemaal niet meer horen. Ik wil met allerlei bewijzen van jullie kwaliteit overtuigd worden dat ik bij jullie moet zijn: tevreden klanten, certificaten, usp’s, etc. Sla me daarmee om de oren, maar nĂ­et met cliché’s die mij helemaal niet (meer) doen.

Dank u.

webteksten-blunder-05

Fijn om te weten, maar daar ging ik eigenlijk al vanuit…

6. “wij sluiten aan bij uw persoonlijke voorkeuren en wensen” / “bespreken jouw persoonlijke situatie”

Google score: zo’n 400.000 in allerlei varianten

Dit is slechts schijnbaar onderscheidend. Ieder goed bedrijf sluit aan op de ‘persoonlijke’ voorkeuren en wensen van hun klanten. Dat heet gewoon goede marketing.

Sluit je als bedrijf niet aan bij de wensen van je doelgroep, dan verkoop je simpelweg niets.

Open deur, dus.

webteksten-blunder-06

Ja, dĂșh!

7. “wij zijn proactief”

Google-score: 450.000

Definitie van proactief: ‘niet reagerend, maar anticiperend’. Prima betekenis. Maar het woord is inmiddels zó uitgehold, dat het voor mij geen enkele betekenis meer heeft. Iedereen is opeens proactief sinds het woord in de jaren ’90 in zwang kwam.

Er zijn zo veel betere manieren om te laten zien dat je proactief bent, zonder dat je het woord zelf gebruikt. Laat je klanten bijvoorbeeld vertellen hoe jij al met de oplossing kwam vóórdat zij ĂŒberhaupt het probleem zagen. Zoiets.

Show, don’t tell!

webteksten-blunder-07

Een proactieve belofte?

8. “klik hier”

Google-score: 60.000.000

‘Klik hier’ was nog handig in de begintijd van internet: toen snapte nog niet iedereen dat een onderstreepte tekst een link aanduidde. Maar inmiddels weten we wel hoe internet werkt.

Bezoekers scannen webpagina’s, en hun oog blijft hangen op dingen die opvallen. Links vallen op, omdat ze een andere kleur hebben en meestal onderstreept zijn. Je helpt je bezoeker dan ook door met kernwoorden aan te geven wat ze krijgen als ze op de link klikken. Dus niet ‘Klik hier voor artikelen over webteksten’, maar ‘Lees meer artikelen over webteksten’.

Ook Google hecht waarde aan je linkteksten. Als de tekst overeenkomt met het onderwerp op de pagina waarnaar je verwijst, krijg je bonuspunten!

Kortom: verzin een linktekst met woorden met inhoud. Voor je bezoeker, en voor je vindbaarheid.

webteksten-blunder-08

Klik liever niet hier!

9. “klik daar”

Google-score: ?

Deze valt dus in het rijtje ‘ongebruiksvriendelijkheid’.

Dan lees je een zin als deze: ‘Wij hanteren zeer scherpe tarieven. Klik in het menu hiernaast op ‘Tarieven’ om onze tarieven te zien.’

Ook vaak gezien: ‘Klik op de foto hieronder voor het fotoalbum van het jaarlijkse personeelsuitje.’

Hoe moet het dan wel? Nou, bijvoorbeeld: ‘Bekijk foto’s van het jaarlijkse personeelsuitje.’ Je kunt natuurlijk óók een plaatje hebben met link naar het fotoalbum, maar verwijs in een tekst nóóit naar een andere plek op de website waar mensen moeten klikken!

webteksten-blunder-09a

De hele zin is overbodig. Alleen de link erna is zinvol.

10. “wij denken actief mee”

Google-score: 60.000

Deze hoor je ook heel vaak in een pitch: ‘wij denken actief met de klant mee (om de beste resultaten te realiseren)’. Heb je weleens geprobeerd om passief mee te denken? Waarom kunnen we met z’n allen niet gewóón meedenken? ‘Ik denk mee’ is al actief genoeg. Maar zelfs dan nog steeds een nietszeggend clichĂ©. Vermijd het woord ‘meedenken’ gewoon maar helemaal


webteksten-blunder-10

Het is pas knap als je NIET mee kunt denken, eigenlijk…

Zo.

En nu als de wiedeweerga je eigen webteksten checken op deze blunders. ;)

Ik blijf op zoek naar nieuwe webtekstblunders voor toekomstige blogartikelen! Ik heb er nog een aantal op de plank, maar ben ook benieuwd naar jouw ergernissen. Deel ze in een reactie hieronder.

Waarom ik blij word van ontevreden klanten

Sinds ik bijna een jaar geleden expliciet koos voor webteksten, heb ik veel meer ontevreden klanten. Dat vond ik eerst niet leuk. Totdat ik besefte dat het een bewijs van mijn kwaliteit is. En een nieuw begin voor mijn klant.

Huh?

Let me explain


Er is iets bijzonders met webteksten. Met websites.

Van alle marketingmiddelen raakt de website de ondernemer het meest persoonlijk. Op de een of andere manier maakt een website de heftigste emoties los bij de eigenaar.

En dat snapte ik nog niet zo lang geleden niet. Maar inmiddels wel.

Folders, visitekaartjes, brochures, spandoeken, vlaggen, etc. worden gedrukt. Maar een website ‘gaat live’.

Die 2 woorden: ‘gaat live’. Een website heeft de zweem van een oneindige tv-uitzending. De ondernemer heeft het gevoel dat de hele wereld meekijkt. Dat de hele wereld hem ziet.

De ondernemer voelt zich naakt. Kwetsbaar.

Ken je dat gevoel? Ik denk het wel.

Mijn klanten kennen het gevoel allemaal. DĂĄĂĄrom zijn ze vaak ontevreden over de webteksten die ik lever. In eerste instantie, welteverstaan.

Want vóór mijn teksten verscholen ze zich achter kleurloze, inwisselbare teksten die iedereen op z’n website zet: ‘ik bied kwaliteit’ en ‘de klant staat bij mij centraal’. Dat soort emotieloze teksten die geen enkele bezoeker raken. Teksten die na het lezen direct vergeten zijn – evenals de ondernemer en zijn aanbod.

Teksten, kortom, die niets opleverden, maar wél lekker veilig waren.

Dan stuur ik de concepten van míjn teksten: teksten die er geen doekjes om winden. Teksten die op bezoekers afgevuurd worden, die problemen benoemen en oplossingen beloven. Teksten die ertoe doen. Iets teweeg brengen. Inspelen op emoties. Urgentie creëren. Aansporen tot actie.

En dus voelt mijn klant zich naakt. Bekeken. Dat roept reacties op.

3 veelgehoorde bezwaren die ontevreden klanten uiten na eerste lezing van mijn teksten:

  • ‘Het is te negatief’
  • ‘De teksten zijn te “verkoperig”. Ik wil dat mensen voor mij kiezen omdat ze dat zelf willen’
  • ‘Ik herken mezelf niet in de teksten’

Ik pareer:

  • Negatief? Dit zijn toch gewoon de problemen waar je doelgroep mee zit? Hoe weten ze anders of jij die problemen kunt oplossen?
  • Te verkoperig? Je wĂ­lt toch verkopen? Je bent toch de beste? Je hĂ©lpt je klanten er toch alleen maar mee wanneer je ze redenen geeft om bij jĂłu te kopen en nergens anders?
  • Je herkent jezelf niet? Maar tijdens de intake heb je het zĂ©lf zo gezegd! Waarom ben je in gesproken woord zo direct, en wil je tegelijkertijd in geschreven woord zo omzichtig zijn?

Laat ik duidelijk zijn: ik BEGRIJP de aanvankelijke kritiek. Zo dacht ik niet zo heel lang geleden namelijk óók. Wie was ik nou, om zo hoog van de toren te blazen over mijn kwaliteiten? Inmiddels weet ik het: een té bescheiden en nuchtere Hollander die niet boven het maaiveld uit wilde/durfde te komen.

Mijn klanten snappen het uiteindelijk allemaal. Want ze moeten het toegeven: wat er staat is gewoonweg wĂĄĂĄr. En dus mag het gezegd worden. Bovendien merken ze het verschil in de respons die hun nieuwe webteksten opleveren.

Daarom word ik blij van ontevreden klanten. Het betekent dat hun denken omslaat, en het niet lang meer duurt voordat ze begrijpen wat een webtekst waardevol maakt. En TEVREDEN klant worden. Ongeveer zo:

ontevreden-klanten

Van ontevreden klant naar tevreden klant (ja, ik weet het: belabberde grafiek)

Waarom ik niet naar de open dag van het crematorium ga

Ik hoorde het op de radio: 100 jaar cremeren in Nederland. Top! En toen dachten ze bij Yarden: we maken er een gezellig open dagje van, op zondag 6 april.

Het spotje klonk enthousiast: ‘Kom naar het crematorium bij u in de buurt!’

Maar ik dacht alleen maar: waarom zou ik dat willen?

Ik weet niet hoe het met jullie zit, maar ondanks het spervuur aan spirituele zin en onzin (acceptatie, weet je wel) dat de laatste decennia op ons afgevuurd is, ben ik nog gewoon ontzettend ouderwets bang voor de dood. (Allang niet meer in de eerste plaats mijn eigen sterven, als je snapt wat ik bedoel
)

Dus het radiospotje pakte mijn aandacht wel. Er is heel wat voor nodig om mij Ă©Ă©n stap in het crematorium te laten zetten als dat niet onherroepelijk noodzakelijk is. Dus op mijn werk aangekomen was het eerste wat ik deed: op de website van Yarden kijken en eens zien welke verleidingstechnieken ze gebruiken om mij naar het crematorium te trekken.

Dit is het bericht:

Yarden - 100 jaar cremeren

En dan nu het bericht op de fileertafel:

“Een kijkje achter de schermen van het Yarden Uitvaartcentrum”

Euh
achter welke schermen? Gaan we de ovens bekijken? Het staat er niet bij, maar doet het wel vermoeden. In dat geval: nee dank je.

“Kom zelf ervaren en beleven”

Wtf? WĂĄt ga ik precies zelf ervaren en beleven???

“Wilt u weten wat er allemaal mogelijk is na een overlijden?”

Die mogelijkheden zijn vrij beperkt, schat ik zo in. En alles wat ik van tevoren kan bepalen heb ik al ingevuld toen ik mijn overlijdensverzekering regelde, en dat was al meer dan ik over na wilde denken.

“Wilt u onze 24-uurs kamers bekijken?”

Geen idee. Wat zijn dat? Is het daar gezellig? Wie blijft daar 24 uur, eigenlijk?

“Wilt u een herinneringsballon oplaten voor uw dierbare overledene?”

In godsnaam, kan het lulliger? Als ik iets wil doen om iemand te gedenken, doe ik dat wel op een betekenisvolle manier. (Maar dat kan persoonlijk zijn: misschien vinden anderen dit wél een mooie manier van gedenken.)

“Wij verwelkomen u met een kop koffie en een bonbon of met een wijntje en een hapje”

Alleraardigst. Maar trekt me niet over de streep, tilt me niet over de drempel. Totaal niet relevant om me te overtuigen.

“En leiden u graag rond”

Nogmaals: waarom zou ik in een crematorium willen zien wat ik anders niet te zien krijg? En wĂĄt krijg ik dan precies te zien???

“Ook nieuwsgierig naar het reilen en zeilen van Crematorium Haarlem. Dan kunt u gebruikmaken van de pendeldienst om ook een kijkje te nemen binnen dit crematorium”

Welja, ik wil 2 crematoria bezoeken! Krijg er geen genoeg van!

Bent u verleid?

Er zit geen greintje overtuigingskracht in dit stukje. Het lijkt alsof iemand een tekst van een open dag van, weet ik veel, de brandweer heeft gekopieerd. Daarvan kan ik me nog voorstellen dat het leuk is om zelf te ‘ervaren en beleven’ wat er achter de schermen gebeurt.

Wat had Yarden dan moeten doen om me te verleiden?

Het zou al helpen als ze duidelijker zijn over wat ik krijg te zien tijdens de open dag. Maar:

Wellicht hadden ze kunnen inspelen op doodsangst, die van mij en ongetwijfeld vele anderen. Die angst is groot, onontkoombaar, en roept grote emoties op. Wat nu als ze hadden gezinspeeld op een manier om die angst ietwat onder controle te krijgen? Of om troost te vinden? Dan hadden ze zoiets kunnen schrijven:

“Veel mensen mijden crematoria als de pest. Daar zijn hele goede redenen voor: we worden liever niet onnodig geconfronteerd met de dood. Het crematorium is een plek van noodzakelijk kwaad, waar u alleen wilt komen als u direct met de dood te maken heeft.

Juist dĂĄĂĄrom zou u het crematorium eens moeten bezoeken, jĂșist als u geen dierbare te betreuren hebt. Er heerst een natuurlijke rust in onze ruimtes, die u troost kan geven bij het idee dat u eens, onvermijdelijk, de dood op uw levensweg vindt.

Wellicht heeft u brandende vragen over dood, afscheid en rouw, die u nooit durfde te stellen. Onze uitvaartprofessionals zijn op onze open dag allemaal aanwezig om uw vragen in alle rust te beantwoorden. Zo kunt u wellicht beginnen de dood makkelijker te accepteren.

Of misschien wilt u ervaringen uitwisselen met mensen die – net als u – al dierbaren hebben verloren. Contact met lotgenoten is troostrijk.

Daarom is een bezoek aan onze open dag meer dan de moeite waard.”

Hm. Al zeg ik het zelf: niet gek. Misschien klopt er helemaal niets van wat ik net even uit mijn duim zoog, maar:

  • Vragen die ik heb over de dood, durf ik niet te stellen aan mensen die verlies aan den lijve hebben ondervonden. Maar in een ‘veilige’ omgeving, waar de dood nu eenmaal alom aanwezig is, durf ik het misschien wĂ©l aan mensen die er beroepsmatig iedere dag mee te maken hebben. Want bewondering voor hen heb ik wĂ©l.
  • En als ik iemand heb verloren, zou ik daar graag met anderen over willen praten. Denk ik.

Nee. De dood wordt voor mij nooit een gemakkelijk onderwerp. Ik blijf er liever van weg. Totdat ik geen kant meer op kan.

En Yarden overtuigt mij in ieder geval niet: ik ga 6 april niet naar hun open dag.

Jij?

Ook jij bent te bescheiden

Mijn klanten schrikken, wanneer ik ze de conceptversie van hun webteksten stuur. Zij hebben moeite om hun eigen product zo direct verkocht te zien worden. Ze zijn niet gewend aan de directe stijl waarmee zij voor het eerst actief hun websitebezoekers proberen te verleiden klant te worden.

Mijn klanten zijn gewend om voorzichtig, omzichtig en bescheiden hun waar aan de man te brengen.

Net als jij.

Net als ik.

Want we zijn Nederlanders, en Nederlanders zijn van huis uit bescheiden over wat ze goed kunnen. Stel je voor dat we onszelf GOED vinden. Stel je voor dat we dat ook nog eens ZEGGEN.

Stel je voor dat we actief proberen anderen klant te maken

Veel te agressief. Veel te veel kop boven het maaiveld. Stel je voor dat iemand ‘m eraf hakt.

Met mijn dienst behaal ik resultaat: voor mijn klanten Ă©n voor mezelf. Stiekem vind ik mezelf daarom best goed en ben ik trots. Maar als rechtschapen Nederlander blijf ik daar moeite mee hebben. Het gonst in m’n hoofd: ‘Allemaal toeval!’ ‘Anderen zijn beter!’ ‘Wie ben jij nou helemaal?’

En de enige reden waarom ik die stemmen kan negeren, is omdat anderen die ík bewonder, waarvan ik echt vind dat ze ongelofelijk goed zijn, óók bescheiden en/of onzeker zijn. Allemaal!

Neem nou dit Twitter-gesprek:

Kitty Kilian heeft De Blogacademie opgericht, en leert je belachelijk goed bloggen. En natuurlijk heeft ze dan zélf een belachelijk goed blog. Nee, ik overdrijf niet.

En zelfs zij was dus (ietwat) bescheiden over haar eigen kwaliteiten.

Ondertussen wéét ze heus wel dat ze heel goed blogt. Net als anderen die ik bewonder óók weten dat ze goed zijn in wat ze doen en bieden.

Net als jij weet dat je product of dienst Echt Heel Goed is

Maar waarom zég je dat dan niet? Waarom bewijs je dat dan niet op je website? Waarom probeert de gemiddelde Nederlandse ondernemer zijn klant te verleiden met lullige, voorzichtige webteksten als:

“Wij zijn een administratiekantoor, gevestigd in xxx en kunnen voor u de boekhouding, administratie, jaarstukken en aangiften verzorgen.

Wij zijn gestart in 2008. Inmiddels is er een tevreden klantenbestand, welke nog groeiend is, opgebouwd.

Wij werken vanuit huis om de kosten zolaag mogelijk te houden. Als gevolg hiervan kunnen wij onze tarieven laag houden. Er is nu, november 2013, een start gemaakt om een deel van het huis, de garage, te verbouwen tot kantoor.

Indien u gebruik wilt maken van onze diensten, vul dan het contactformulier in en wij nemen contact met u op voor het maken van een intakegesprek. Dit gesprek is natuurlijk kostenloos. Het gesprek vindt plaats bij u thuis of op uw ondernemersadres. Bellen kan ook.

Lees de site verder door en misschien zijn wij het administratiekantoor dat u van dienst kan zijn.

Met vriendelijke groeten,”

De omzichtigheid is stuitend:

  • ‘wij kunnen voor u’
  • ‘indien u gebruik wilt maken’
  • ‘misschien zijn wij het’

En denk nou niet dat ik lang gezocht heb naar deze website. Ik googelde ‘administratiekantoor’, en klikte de eerste de beste website aan.

Wij denken dat potentiële klanten hier op zitten te wachten:

De zachte hand. Want anders wordt het te dwingend. Onze doelgroep wil zogenaamd niet verleid worden.

Maar de zachte hand werkt dus niet. Zo heb ik het ook jarenlang geprobeerd. Webteksten die mij geen enkele klant opleverden. Nu doe ik het anders. Nu krijg ik 1 klant per week dankzij deze website.

Dus.

Kappen met dat softe gedoe!

Kom uit voor je kwaliteit!

Copywriting: uitbesteden of zelf doen?

PrullenmandInteressante discussie (vorig jaar alweer) op de website van Aartjan van Erkel: moet je copywriting uitbesteden, of moet je het zelf leren? Je kĂșnt het namelijk heel goed zelf leren, beweert Van Erkel. Sterker nog: je zou het mĂłeten leren als ondernemer. Want het hoort bij je core business.

Je hoeft mij dus helemaal niet in te huren voor je webteksten.

Doe het lekker zelf!

Maar wil je dat eigenlijk wel? In dit artikel de voor- en nadelen van zelf leren schrijven dan wel uitbesteden van copywriting/je webteksten.

Allereerst de argumenten van Van Erkel.

Waarom je copywriting absoluut zelf moet leren:

Alles is copywriting. Niet alleen je PR-uitingen, ook je e-mails, telefoongesprekken, brieven, offertes, etc. Elk geschreven of gesproken woord dat je uit richting (potentiële) klanten draagt bij aan jouw aantrekkelijkheid als leverancier.

Oftewel: copywriting heb je elke dag nodig, het hoort bij je core business. En als je elke dag een copywriter inhuurt, ben je snel blut. Aldus Van Erkel.

Zit wat in.

Dingen die je veel minder vaak nodig hebt, zoals een webbouwer, boekhouder, automonteur
ja, díe dingen moet je uitbesteden, want die diensten heb je slechts incidenteel nodig. Het loont de moeite niet om dat allemaal zelf te leren.

Impliciet beweert Van Erkel dat je als ondernemer pas Ă©cht succesvol kan zijn wanneer je zelf de juiste woorden leert te gebruiken.

Natuurlijk wist hij van tevoren dat hij reacties uitlokte van tekstschrijvers/copywriters die het totaal oneens zijn met zijn stelling. Tijd voor hun tegenargumenten.

Waarom je copywriting absoluut moet uitbesteden:

Tegenstanders van de mening van Van Erkel roepen: ondernemers kĂșnnen helemaal niet (leren) schrijven. En moeten dat ook niet willen; als ze zelf wat gaan hobbyen, komt er niets van terecht. Schoenmaker, blijf bij je leest!

Van Erkel zegt daarover: ‘Van een goede mentor kunnen ze het wĂ©l leren.’ (Hij bedoelt zichzelf, uiteraard. ;) )

Deze discussie is moeilijk te beslechten; in principe kan iedereen alles leren, zolang er maar genoeg inzet is. In die zin heeft Van Erkel gelijk. Wij kunnen moeilijk voor iemand bepalen wat hij niet kan.

Een heel realistisch nadeel van zĂ©lf leren is evident: het kost je heel veel tijd en moeite. Een cursus van Van Erkel kost al gauw zo’n 1500 tot 2500 euro, en dan ben je 3 maanden zoet. Daarna moet je tijd vrijmaken om je webteksten (en folders, brochures, advertenties, offertes, etc.) zelf te schrijven.

Zelf schrijven vraagt een hoop commitment van jezelf, en tijdens de cursus heb je dat wel. Je hebt er immers voor betaald. Maar daarna? Als je weer in de vaart der volkeren verkeert en je laat meesleuren met alle andere dingen die je als ondernemer moet doen?

De vraag is dus niet zozeer of je zelf schrijven kĂĄn. De vraag is of je het wĂ­lt. Of je er zin in hebt. Of het na een cursus copywriting zozeer in je vingers Ă©n tussen je oren zit, dat het Ă©cht onderdeel wordt van je core business.

Copywriting uitbesteden boekt resultaat

Het resultaat van uitbesteden is in ieder geval bewezen: legers professionele copywriters behalen prachtige resultaten voor hun klanten. Dat geldt ook voor déze SEO-copywriter.

En echt niet door Ă©lke e-mail of offerte te schrijven. Maar door incidenteel ragfijne teksten af te leveren waarmee ondernemers keiharde winst halen.

Bovendien: mijn dienst kost al gauw de helft minder in vergelijking met een cursus van Van Erkel. ;)

Iedereen preekt hier voor eigen parochie

Aartjan heeft baat bij cursisten, en wij copywriters die met onze poten in de modder blijven staan hebben baat bij opdrachtgevers. Dus natĂșĂșrlijk zegt de een dat je het best zelf kan, natĂșĂșrlijk zegt de ander dat het helemaal niet zelf kan of moet willen en je lekker moet laten ‘ontzorgen’.

Uiteindelijk beslis je het gewoon zelf: ga je voor een goede training in copywriting zodat je zelf je waardevolle webteksten kan schrijven, of ga je voor mijn kwaliteiten en bestel je hier je webteksten?

Laat hieronder in een reactie weten wat jouw mening is!

13 webtekstblunders die we nooit meer maken

Hoog tijd dat ik mijn blogartikel uit november opvolg. Toen vroeg ik jullie je grootste webtekstergernissen naar me te sturen. Sommigen hebben dat gedaan, waarvoor dank! Daarom presenteer ik nu:

13 webtekstblunders die we vanaf nu vermijden!

Een mooi begin, 13! Maar de lijst moet veel langer worden, want ik ben ervan overtuigd dat er veel meer ergernissen leven onder websitebezoekend Nederland.

Daarom is deze lijst zeker niet statisch: wanneer ik nieuwe ergernissen binnenkrijg, voeg ik die toe. Ik zal jullie dan ook periodiek een update sturen, zodat jullie je bewust kunnen worden van ĂĄlle webtekstblunders, en die kunnen vermijden op je eigen website.

Gebruik de lijst als handig hulpmiddel

En stimulans om bétere, originelere, aansprekendere, en prikkelendere webteksten te verzinnen (anders doe ik dat wel voor jullie ;)).

Voor jullie gemak heb ik een printvriendelijke versie gemaakt, om aan je prikbord te hangen.

De webtekstergernissen zijn gerangschikt naar het aantal keer dat ze op websites voorkomen. Oftewel: naar het aantal zoekresultaten in Google. (Google is nooit helemaal accuraat, maar om te schikken wel zo handig.)

Goed dan, hier gaan we! Opdat we ons nimmer meer hoeven te storen aan elkaars webteksten:

Webtekstblunders die we beloven nooit meer te maken!

1. “u bent bij ons aan het juiste adres”

Google-score: 2.790.000

Alleen gerechtvaardigd als iemand voor de deur staat en vraagt: “Ben ik hier juist bij bedrijf x?” Dan kun je antwoorden: “Ja hoor! U bent aan het juiste adres!” Dan is zo’n bevestiging fijn.

In alle andere gevallen is dit een storend cliché dat op zich helemaal niets zegt. Bewijs je kwaliteit en onderscheidend vermogen. Dan beslist je klant wel of jij inderdaad de juiste partij bent om zaken mee te doen.

(Met dank aan inzender Aleid Bos van APCtekst)

2. “kwaliteit hoog in het vaandel”

Google-score: 1.731.000

De open deur der open deuren. Stel dat je kwaliteit níet in het vaandel hebt. Dan heb je als dienstverlener/leverancier toch sowieso geen bestaansrecht? Ik zie het gesprek met een potentiële klant al voor me:

“Biedt u ook kwaliteit?”

“Nee. Dat staat niet in ons vaandel.”

Of:

“Biedt u ook kwaliteit?”

“Jazeker. Maar daar betaalt u extra voor.”

3. Welkom! (in welke variant dan ook)

Google-score: 1.674.600

Moet ik hier nog woorden aan vuil maken?

Help ondernemers met een titel die hun probleem benoemt. En jezelf door slimme zoekwoorden te gebruiken, zodat je gevonden wordt. “Welkom” zegt helemaal niets; je bezoekers niet, maar ook Google niet. En zorgt er al helemaal niet voor dat bezoekers zich meer “welkom” voelen dan wanneer het er niet staat. (Een websitebezoek heeft sowieso niets te maken met een “echt” bezoek in de “echte” wereld. Niemand verwacht onderhoudende gesprekken of een lekkere kop koffie. Websitebezoekers willen alleen maar heel snel weten dat jij de beste leverancier/dienstverlener bent.)

Zie je, heb ik er toch weer woorden aan vuil gemaakt. :(

4. “de klant is koning”

Google-score: 1.070.000

Een bedrijf dat beweert dat de klant op de eerste plaats komt, verdient ieders wantrouwen. Dan zit het waarschijnlijk niet goed, met het boven alles stellen van de klant. Waarschijnlijk is het interne missie: “Kom op! We gaan nu eindelijk eens de klant koning maken!”

Of, inderdaad, ze maken simpelweg een webtekstblunder, maken zich schuldig aan een platgetrapt cliché. Dat kan ook.

(Wederom met dank aan inzender Aleid Bos van APCtekst)

5. “Kijk rustig rond”

Google-score: 426.000

Van dezelfde categorie als “welkom”: alsof bezoekers toestemming nodig hebben om een website te bekijken. Alsof bezoekers dat wíllen! Nee: bezoekers willen niet nadenken, niet zoeken, niet rondkijken. Die willen oplossingen. En die moet jij ze tonen.

6. “ik wil mijn liefde voor en kennis & kunde over laten zien”

Google-score: 238.000

Laat me zéker je liefde voor je vak zien, en overtuig me van je kennis en kunde. Maar alleen als het me helpt voor jou te kiezen. Want in beginsel, het spijt me, ben ik alleen geïnteresseerd in mijn eigen probleem, zie je? Heel oppervlakkig van me, ik weet het. Maar als jij je bij het schrijven je teksten laat leiden door je liefde, kennis en kunde, daar oprecht in bent, laat je het me automatisch zien. Pak je me. Prikkel je me. En overtuig je me voor jou te kiezen. Ongetwijfeld.

(Met dank aan inzender Sandra Schouwenaars van StructuurWijzer)

7. “op mijn website kunt u veel informatie terugvinden”

Google-score: 102.000

“Klanten willen geen informatiebrochure, maar een oplossing”, aldus (wederom) inzender Sandra Schouwenaars van StructuurWijzer. Dat slaat de spijker afdoende op z’n kop.

8. “Sociale media zijn niet meer weg te denken uit onze samenleving”

Google-score: 35.900

Inzender Peter Kuipers schreef hierbij: “Met enige verbeeldingskracht zijn ze wĂ©l weg te denken. ;-)” Los daarvan is het een 13-in-een-dozijn-constructie die al zĂł vaak misbruikt is, dat het elke impact mist.

9. “Wij stellen de klant centraal”

Google-score: 22.720

Hier zegt de ondernemer: ik luister naar mijn doelgroep zodat ik mijn diensten en producten beter kan maken en op mijn klanten kan afstemmen. Dat is al heel lang niet meer bijzonder; de klant verwacht niet anders.

10. “Wij onderscheiden ons door persoonlijke aandacht”

Google-score: 14.290

Geen idee of dit ooit wĂ©l onderscheidend was. Ook geen idee wat dit precies betekent. Show, don’t tell, zou ik zeggen.

11. “persoonlijke, individuele begeleiding is het uitgangspunt (van de therapie)”

Google-score: 6

Een niche-ergernis van DaniĂ«lle Clasen-Bos van Instituut D&C (fysiotherapie), die schreef: “Is dat niet het hele doel van fysiotherapie?” Gelijk heeft ze. En ook hierin zit weer dat ‘klant centraal stellen’, dat ontzettend NIET onderscheidende en daarom zo ergerlijke.

12. “Mijn naam is en ik ben geboren op ”

Google-score: ?

Kon deze precieze constructie met Google niet vinden, maar er zijn websites die op een dergelijke manier openen. In biografie-stijl. Denk vooral aan corporate websites met een opening als:

“Ons bedrijf is opgericht in 1935 en was toentertijd gevestigd in Epe. Door groei moesten we verhuizen naar Monnikendam. Toen kwam de fusie en daarna nog 3 verhuizingen. Toen namen we meer personeel aan. Dit leidde tot nog meer groei. Bla. En nog meer bla waar u niet op zit te wachten. Toch nóg meer bla.”

Niemand is geĂŻnteresseerd in de geschiedenis van je bedrijf. Ze zijn alleen in je geĂŻnteresseerd voor zover je hun probleem kunt oplossen.

(Wederom met dank aan inzender Sandra Schouwenaars van Structuurwijzer)

13. Je verschuilen achter een contactpagina

Google-score: ?

Niet zozeer een tekstuele ergernis, als wel een ergerlijke gewoonte van sommige bedrijven om hardnekkig gĂ©Ă©n telefoonnummer, gĂ©Ă©n direct e-mailadres en gĂ©Ă©n adresgegevens weer te geven. Zodat je je als bezoeker afvraagt: is dit wel te vertrouwen? En eigenlijk al bijna zeker weet dat je nooit een reactie krijgt op zo’n ingevuld contactformulier. Kost je conversie. Klaar.

(Met dank aan inzender Peter de Rooij van Kunstaastips)

Vul aan, vul aan, vul aan!

Deze lijst kan langer. Deel jouw ergernis in het commentaarveld hieronder, via social media, mail, telefoon. Scheelt me niks! Help me!

Maar natuurlijk eerst: je website checken, zodat je zeker weet dat déze top 13 in ieder geval niet voorkomt op die van jou. ;)

En deel dit artikel met anderen, zodat ook zij deze webtekstblunders kunnen vermijden.

De Eerste Website Ooit: wat wij daarvan kunnen leren

De Eerste Website Ooit (hoofdletters meer dan terecht, vind ik) kwam in 1993 online. De webbouwer was Ă©Ă©n van de grondleggers van het internet: Tim Berners-Lee. Iemand die Ă©cht de wereld veranderd heeft, dus. We zijn inmiddels ruim 20 jaar verder, en kijken nu heel anders naar websites.

Wat kunnen we leren van die allereerste website, ondanks alles ontwikkelingen sinds 1993? Ik zie 3 belangrijke lessen voor onze websites anno 2014.

Voordat we aan de lessen beginnen: De Eerste Website Ooit vind je hier. En hieronder een screenshot:
de-eerste-website-ooit

Les 1: eenvoud en rust

De Eerste Website was sĂĄĂĄi! Slechts tekst en hyperlinks.

En dat is dus eigenlijk hartstikke goed:

  • Geen (bewegende) banners  die afleiden van de inhoud
  • Geen bont kleurenpalet dat pijn doet aan de ogen
  • Geen achtergrondplaatje dat zich 183.000 keer herhaalt en daardoor alle tekst onleesbaar maakt
  • Geen knoppen die om aandacht schreeuwen om toch vooral op ze te klikken
  • Geen automatisch afspelende muziek of filmpjes

Niets van dat alles.

Toegegeven: er was ook veel minder mogelijk, dus veel minder valkuilen om in te trappen. Bovendien hebben sommige genoemde storende elementen hun waarde in de afgelopen jaren bewezen (zelfs de banner mag nog!).

Naast de rust en eenvoud, wat echt een kracht is van de Oer-website, staat er:

Les 2: geen enkel overbodig woord

Elk woord op De Eerste Website Ooit staat er met een reden. Elk woord voegt informatie toe. Informatie die de bezoeker wil weten. Die de bezoeker mĂłet weten. NĂłdig heeft.

Want je moet je voorstellen: het internet was nog bijna niets. Bijna niemand kende het fenomeen nog. Alleen een paar Echte Nerds waren ermee bezig. En die wilden niets liever dan leren ermee om te gaan.

Neem de definitie die gegeven wordt van het internet:

‘a wide-are hypermedia information retrieval initiative’

Geen hedendaagse internetgebruiker die dit snapt (ik in ieder geval niet). Maar de gebruiker van toen wel; zonder technische blabla-kennis snapte je sowieso niets van het primitieve www.

(Merk ook op dat er niet staat: ‘Welkom op het wereldwijde web’. Zelfs op De Moeder Aller Websites zou dat een nutteloze mededeling geweest zijn.)

Maar naast al die technische termen staat er ook gewoon kraakheldere taal. Daarom:

Les 3: What I Write Is What You Get

Lees de tweede zin:

‘Everything there is online about W3 is linked directly or indirectly to this document’

Hoppa. Als tagline zou deze regel het prima doen. Wat vind je op deze website? Alles wat er online is over W3. Klaar. (Zo’n tagline zou nu natuurlijk nooit meer kunnen, omdat het nu onmogelijk is om naar ‘alles’ over welk onderwerp dan ook te linken. Er is nu te veel.)

Heel veel websites kunnen een voorbeeld nemen aan zo veel helderheid.

Kijk ook naar de menu-items en beknopte beschrijvingen daarbij. Ondernemers van nu zijn maar wat graag creatief met hun menu. Ze bedenken spannende, prachtig bedachte, maar vaak onbegrijpelijke labels voor hun menu-items, omdat ze denken dat bezoekers dat ‘leuk’ vinden en er dan op gaan klikken. Maar bezoekers willen helemaal geen vage labels. Die willen gewoon weten wat ze krijgen als ze ergens op klikken. Anders klikken ze niet. Punt.

Dat had de allereerste webdesigner/copywriter heel goed begrepen. Waarschijnlijk omdat hij er verder niet over nadacht, maar gewoon duidelijk wilde zijn. Kijk maar naar zijn links en beknopte beschrijvingen daarbij:

  • Help (on the browser you are using)
  • Software Products (A list of W3 project components and their current state.)
  • Technical (Details of protocols, formats, program internals etc)
  • Bibliography (Paper documentation on W3 and references.)

Het mag voor ons een beetje abracadabra zijn, maar wilde je toentertijd ‘iets’ doen met internet, dan wist je waar je wezen moest voor de informatie die je nodig had.

Kon er ook nog iets beter aan De Eerste Website Ooit?

Nee. De Eerste Website Ooit ga ik niet bekritiseren.

Want ik durf te wedden: iedereen die de mogelijkheid had deze website te bezoeken, heeft elk stukje inhoud van elke pagina verslonden. Wat zou jij doen als je in die tijd pionier was? Dan zat je elke nacht tot in de kleinste uurtjes te pielen om dat internet onder de knie te krijgen. En deze website was alles wat je had. En gaf je precies wat je nodig had.

Dus wat mij betreft is De Eerste Website Ooit ook Ă©Ă©n van de beste websites ooit!

Ga je anno 2014 een nieuwe website bouwen? Denk dan aan de Oerwebsite en neem haar lessen in acht:

  • Houd het eenvoudig; leidt de bezoeker niet onnodig af
  • Zorg dat elk woord iets toevoegt voor je bezoeker
  • Zorg dat je kraakhelder bent; geef bezoekers precies wat ze lezen

Ben ik nog een wijze les van De Eerste Website Ooit vergeten?